Ibachorgel (Bergen op Zoom)

Het monumentale hoofdorgel in de Grote of Sint-Gertrudiskerk in Bergen op Zoom was het grootste orgel dat door de Duitse orgelbouwer Ibach in Nederland werd gebouwd. Na uitvoering van het restauratieplan, in 2001 door organist en orgeladviseur Jan Jongepier uit Leeuwarden opgesteld, zou het zelfs het grootste instrument zijn dat van deze orgelbouwer bewaard is gebleven. Jongepier spreekt van een orgel dat, na herstel in de oorspronkelijke staat, weer van een vorstelijke allure en uniek voor Europa zal zijn. Op het gerestaureerde instrument zouden de grote romantische orgelwerken van Mendelssohn, Schumann en Brahms zo ideaal mogelijk tot klinken gebracht kunnen worden. De Stichting Restauratie Ibach-orgel Bergen op Zoom is belast met de fondswerving en de uitvoering van de restauratie.

Geschiedenis

De voorgeschiedenis van het instrument begint in het jaar 1858 toen het kerkbestuur van de parochie van de Heilige Maagd besloot een nieuw orgel te laten bouwen. In 1862 wordt contact gelegd met de firma Ibach te Barmen (Wuppertal). In de oorspronkelijke opzet zou het een orgel worden met twee klavieren en vrij pedaal (dat wil zeggen: met eigen registers, die onafhankelijk van het klavierpijpwerk klinken). De orgelkas moest echter zo worden uitgevoerd dat uitbreiding met een derde klavier later nog mogelijk zou zijn. De Brusselse architect Emm. A.J. Cels ontwierp de rijk gedecoreerde behuizing van bijna acht meter breed en ruim elf meter hoog. Over de volle breedte van het orgel bevinden zich vier pijptorens en vijf velden pijpwerk, met in de hoogte nog een bovenwerk bestaande uit een toren en twee velden. Het geheel wordt bekroond door een levensgroot beeld van een harpspelende Koning David, gesneden uit Schwarzwalder eikenhout. Het virtuoze orgelfront, in eikenhout en mahonie uitgevoerd door de beeldhouwer Hendrik Peeters-Divoort uit Turnhout, is thans nog in nagenoeg originele staat, inclusief het in het zicht komende pijpwerk. Het is een van de fraaiste voorbeelden van orgelmeubelkunst uit het midden van de negentiende eeuw. In vormgeving en detaillering vertoont het front zowel laatbarokke als classicistische kenmerken. De eikenhouten orgelbank, met een prachtig gesneden rugschot waarop een harp en diverse muziekinstrumenten te zien zijn, vindt in Nederland zijn gelijke niet.

Toen het kerkbestuur bij Richard Ibach informeerde wat een latere uitbreiding met een derde klavier zou kosten, stelde deze voor dit klavier — gezien de kosten — onmiddellijk te laten aanbrengen. Er volgde een aanvullend contract en door middel van collectes en vrijwillige bijdragen, brachten de parochianen de extra kosten op. Op 27 januari 1864 werd het orgel, met drie klavieren en vrij pedaal en met 2361 sprekende pijpen verdeeld over 41 registers, ingewijd en ingespeeld.

Keuringsrapport

Van dezelfde datum dateert het keuringsrapport dat door drie partijen werd opgesteld, te weten: de Speciale Commissie tot den Opbouw van een Orgel in de Kerk der Parochie (bestaande uit de pastoor en twee burgerleden van het parochiebestuur), de Leden der Jurij tot de opneming en Keuring van gezegd Orgel (bestaande uit Alphonse Mailly van het Koninklijk Conservatorium te Brussel, benoemd namens het kerkbestuur en Friedrich Lux, Koninklijke Kapelmeester te Mainz, benoemd namens Ibach) en ten slotte de Eereleden bij de Jurij (de burgemeester en de organist van de kerk). Het rapport gaat in op het windvermogen, het mechanisme en de duurzaamheid van het instrument, maar vertelt ons ook iets over het toenmalige karakter van het orgel: "De Intonatie der Registers is overschoon; de verschillende toonaarden zijn vol uitdrukking — ze zijn krachtig, zonder hardheid en zacht afgerond zonder zwakheid. De werking van het geheele Toonwerk is magtig, de Toon vol uitdrukking en glans."

Verloren identiteit

Helaas zijn tegenwoordig deze kwalificaties niet meer van toepassing. In de loop van de tijd is het instrument diverse malen verbouwd waardoor de identiteit en het karakter verloren zijn gegaan. In de jaren 1914-1915 is het instrument verkleind tot 25 registers, verdeeld over twee klavieren en vrij pedaal. De mechanische tractuur (dit is het mechaniek waardoor de toetsen en de bediening van de registers met de windladen verbonden zijn) werd vervangen door een pneumatische, een techniek die toen als een verbetering werd gezien, maar inmiddels alweer lang achterhaald is. Omdat een deel van de windvoorziening nu gebruikt werd voor het pneumatisch openen en sluiten van registers en pijpen, kwamen een klavier en een groot aantal registers te vervallen, waaronder meer dan de helft van de pedaalregisters. In feite is er toen in de bestaande kas een nieuw instrument geplaatst, naar smaak en inzicht van die tijd, maar met gebruikmaking van een aanzienlijke hoeveelheid bestaand pijpwerk, van oorspronkelijk stellingwerk en van oude kanalen en balgen voor de orgelwind. Na de ombouw bevatte het instrument 1438 sprekende pijpen. In 1922 werden vervolgens nog twee oude tongwerkregisters van Ibach door nieuwe vervangen. Het nog altijd romantische klankbeeld was een halve eeuw later niet meer geliefd en er volgde in de periode 1965-1972 een ombouwoperatie waarbij een ombuiging in barokke zin werd beoogd. Ook in deze periode zijn enkele authentieke registers gewijzigd of vervangen. Sindsdien heeft het instrument 1626 sprekende pijpen, waarvan nog bijna 1000 uit het bouwjaar 1864.

In 1987 werd de kerk van de H. Maagd, waar het instrument tot dan toe stond, gesloten en verhuisde de parochie naar de juist gerestaureerde middeleeuwse Sint-Gertrudiskerk aan de overzijde van de Grote Markt. Ook de inventaris van de kerk verhuisde mee en gelukkig konden er fondsen geworven worden die het mogelijk maakten het Ibach-orgel te demonteren en op zijn huidige locatie weer op te bouwen. Nadat de werkzaamheden door Elbertse Orgelmakers B.V. uit Soest waren afgerond, werd op 10 april 1988 het orgel ingezegend en opnieuw ingespeeld door Kees van Eersel en de organist van de kerk, Toine Jimkes.

Belangstelling

De belangstelling voor het instrument wordt levend gehouden bij het publiek door gebruik tijdens de eredienst en al tientallen jaren door bespelingen tijdens concerten door organisten uit binnen- en buitenland. De prachtige orgelkas met compleet frontpijpwerk, de prominente plaats in het kerkinterieur en de zeer voordelige akoestische omstandigheden kunnen de verwarde identiteit van het instrument echter niet verhullen. Ook de technische onderdelen van het orgel (speeltafel, tractuur, windladen en elektrische windvoorziening) zijn inmiddels 80 jaar oud en hebben niet meer de kwaliteit en betrouwbaarheid die voor een regelmatig gebruikt instrument vereist zijn.

Het parochiebestuur en cantor-organist Hans Smout waren zich er reeds lang van bewust dat er over de toekomst van het orgel moest worden nagedacht en riepen de hulp in van organist en orgeldeskundige Jan Jongepier, een autoriteit op het gebied van orgelrestauratie. Deze concludeerde reeds in 1997 dat het van bovennationaal belang is te proberen het Ibach-orgel als klinkend instrument zo veel mogelijk in de oorspronkelijke gedaante te herstellen. Hiermee werd duidelijk, dat niet alleen de gebruikswaarde van het instrument aan de orde was, maar ook de cultuurhistorische waarde als zijnde een uniek instrument in zijn genre. En bovendien: een Duits orgel in een Belgische kas, gebouwd voor en zich bevindend in een Nederlands kerkgebouw.

Opdracht restauratieplan

Het parochiebestuur wilde zich niet alleen beperken tot het veiligstellen van het toekomstig gebruik voor de eredienst. De medewerking van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg werd gepeild en Jan Jongepier kreeg opdracht een restauratieplan te ontwikkelen dat recht zou doen aan de gebruikswaarde én de cultuurhistorische waarde van het instrument.

Het restauratieplan is in 2001 gereedgekomen en gaat uit van het Ibach-concept van 1864. In 2002 werd, op basis van vergelijking van offertes, aan Verschueren Orgelbouw B.V. te Heythuysen de opdracht verleend om te zijner tijd de restauratie uit te voeren. Tevens werd naast Jan Jongepier de Utrechtse orgeldeskundige Rogér van Dijk benoemd tot co-adviseur. De restauratie impliceert de terugkeer naar een drieklaviers mechanisch orgel met sleepladen, waarin alle nog aanwezige onderdelen uit 1864 worden ingepast. Er zijn nog 21 originele registers geheel of gedeeltelijk aanwezig van het oorspronkelijke bestand van 41. De ontbrekende worden gereconstrueerd terwijl er ook authentiek Ibach-pijpwerk van elders betrokken zal worden om het bestand aan oud pijpwerk verder op te hogen. Voor de detaillering van nieuw te maken onderdelen staan nog bestaande Ibach-orgels in Nederland en Duitsland model.

Dispositie

I Hoofdwerk C–g3
Principal16'
Principal8'
Quintatön16'
Viola di Gamba8'
Gemshorn8'
Grossgedakt8'
Cornett 4 fach
Hohlflaut4'
Octav4'
Quint3'
Octav2'
Scharff 5 fach
Fagott16'
Trompete8'
II Nevenwerk C–g3
Principal8'
Bordun16'
Bassethorn8'
Rohrflaut8'
Octav4'
Flaut-Dolce4'
Mixtur 3 fach
Flautino2'
Fagott-Oboë8'
III Bovenwerk C–g3
Salicional8'
Flaut-Angelika8' (ab c)
Dolce8'
Quintatön8'
Flaut-Travers4'
Viola4'
Flageolet2'
Euphone8'
Pedaal C–d1
Principal16'
Violonbass16'
Octavbass8'
Subbass16'
Jubal8'
Gedaktbass8'
Quintbass5 1/3'
Octavbass4'
Posaunenbass16'
Trompetenbass8'
Claironbass4'
  • Het Bovenwerk bevindt zich in een zwelkast.
  • Koppels: Pedaal/Hoofdwerk, Hoofdwerk/Nevenwerk, Nevenwerk/Bovenwerk.

Stichting

De totale restauratiekosten zijn begroot op € 1.000.000. Om deze benodigde financiële middelen te verwerven en voor de uitvoering van de restauratie is de Stichting Restauratie Ibach-orgel Bergen op Zoom opgericht. Naast overheidssubsidies is het oog vooral gericht op nationale en internationale fondsen en worden via lokale en regionale projecten de bevolking en het bedrijfsleven tot geldelijke deelname aan de restauratie gestimuleerd. Een comité van aanbeveling en de vrienden van het Ibach-orgel helpen mee om de bekendmaking en financiering van deze ambitieuze restauratie te realiseren.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.