Regina septemvittata

De maximale lengte is ongeveer 90 centimeter, kleur is groenbruin tot zeer donkerbruin, en deze soort heeft grote, iets gekielde schubben, een slank en relatief dun lichaam. Een typisch kenmerk is de lichtere, meestal witgele lichte streep aan iedere onderzijde van de flank en vier donkere strepen op de buik, die bruin en soms grillig van vorm zijn op een witgele basiskleur. Soms lopen op de rug nog enkele vage lichtere strepen maar niet zo helder als die onderaan de flanken.

Regina septemvittata heeft een voor slangen bijzondere voedselspecialisatie: de slang leeft vrijwel uitsluitend van kleine kreeftachtigen die in het water worden gevangen. Feilloos weet de slang de pas vervelde exemplaren op te sporen die een wat zachter pantser hebben. Ook andere kleine dieren als visjes, kikkervisjes en insecten worden gegeten, maar altijd in of bij water. Regina septemvittata is dan ook sterk aan water gebonden en zwemt veel. Als de slang wordt aangevallen glijdt hij snel het water in om te ontsnappen, en bij aanraking wordt een sterk ruikende stof afgescheiden om af te schrikken.

Deze soort is zowel dag- als nachtactief en komt voor in het uiterste zuidoosten van de Verenigde Staten. De habitat bestaat uit moerassen, vochtige graslanden, rivieren langs bossen en andere biotopen waar zowel water als begroeiing is.