Paul Alberdingk Thijm
Petrus Paulus (Paul) Maria Alberdingk Thijm (Amsterdam, 21 oktober 1827 – Kessel-Lo (Leuven), 1 februari 1904) was een Nederlands-Belgisch historicus, auteur en hoogleraar.
Paul Alberdingk Thijm
| ||||
Portret door Theodor Mayerhofer (1888). | ||||
Algemene informatie | ||||
Volledige naam | Petrus Paulus Maria Alberdingk Thijm | |||
Geboren | 21 oktober 1827 | |||
Geboorteplaats | Amsterdam | |||
Overleden | 1 februari 1904 | |||
Overlijdensplaats | Leuven | |||
Land | ||||
Dbnl-profiel | ||||
|
Biografie
Jeugd en opleiding
Paul Alberdingk Thijm was de jongere broer van schrijver Joseph Alberdingk Thijm. Door zijn vader werd hij voorbestemd om in de handel te gaan. Alberdingk Thijm studeerde aan de Universiteit van Utrecht waar hij in 1851 het doctoraalexamen in de wiskundige wetenschappen behaalde. Geïnspireerd door zijn oudere broer Joseph studeerde Paul verder aan de universiteit en behaalde in 1857 het doctoraat in de Letteren en Wijsbegeerte te Utrecht. De daaropvolgende jaren volgde Alberdingk Thijm nog colleges in Bonn, München en Freiburg im Breisgau. Daar ontmoette hij de Duitse historicus August-Friedrich Gfrörer die hem sterk beïnvloedde. Alberdingk Thijm zou later met de dochter van Gfrörer huwen.
Alberdingk Thijm als historicus en schrijver
Na zijn huwelijk vestigde Alberdingk Thijm zich in Leuven en begon er te schrijven aan een werk over de geschiedenis van de Kerk in de Nederlanden. In 1861 verscheen het eerste deel over de Heilige Willibrord. In 1864 werd Alberdingk Thijm geschiedenisleraar te Maastricht maar keerde in 1870 terug naar Leuven waar hij Jan Baptist David zou opvolgen als hoogleraar van het vak Geschiedenis van de Nederlandse letteren aan de Katholieke Universiteit van Leuven. Later zou Alberdingk Thijm er ook nog de geschiedenis van de Duitse letteren doceren. Ondertussen was in 1867 ook het tweede deel over Karel de Grote verschenen in zijn groots opgezette werk over de geschiedenis van de Kerk in de Nederlanden. Wegens tijdgebrek zouden in deze reeks geen verdere delen meer volgen.
Albertingk Thijm was in 1875 een van de medestichters van het Davidsfonds en hij werd er de eerste voorzitter van. Hij was eveneens ondervoorzitter van de studentenvereniging Met Tijd en Vlijt, voorzitter van de Zuidnederlandse Maatschappij van Taalkunde en lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde.
Einde 1887 nam Paul Alberdingk Thijm de hoofdredactie van het literair tijdschrift Dietsche Warande over van zijn broer Joseph die het in 1855 opgericht had. Paul Alberdingk Thijm bracht het tijdschrift naar Vlaanderen en gaf er een volledige Vlaamse toets aan. In 1900 fusioneerden de tijdschriften Dietsche Warande en het Het Belfort tot de Dietsche Warande en Belfort en werd Alberdingk Thijm gewoon redactielid.
Voornaamste werken
- Iets over Magnus Aurelius Cassiodorus Senator en zijn eeuw (dissertatie), Amsterdam, 1857
- De Heilige Willibrordus, Apostel der Nederlanden in Geschiedenis der Kerk in de Nederlanden, deel 1, Leuven, 1861 (Duitse vertaling in 1863)
- Karel de Groote en zijne eeuw in Geschiedenis der Kerk in de Nederlanden, deel 2, Leuven, 1867 (Duitse vertaling in 1868)
- De geschiedschrijver Gfrörer en zijn werken, Haarlem, 1870
- De vroolijke historie van Philips van Marnix, heer van Ste. Aldegonde en zijne vrienden, Leuven, 1876 (vertaald in het Frans en het Duits)
- Spiegel van Nederlandsche Letteren, 2 delen, Leuven, 1877
- De gestichten van liefdadigheid in België, van Karel de Groote tot aan de XVIde eeuw, bekroond door de Koninklijke Academie van België, Brussel, 1883 (Duitse vertaling in 1888)
- De Faust-sage in de Nederlandse letteren, Gent, 1890
- Les ducs de Lotharingie aux Xe et XIe siècles, Brussel, 1893
Externe link
Bronnen, noten en/of referenties
|
Voorganger: / |
Voorzitter van het Davidsfonds 1875 - 1878 |
Opvolger: Pieter Willems |