Orgel van het Concertgebouw

Het concertorgel van het Koninklijk Concertgebouw in Amsterdam bevindt zich in de concertzaal, bekend als de Grote Zaal.

De Grote Zaal met het Maarschalkerweerd-orgel
Ontwerp van het orgelfront zoals gemaakt door A.L. van Gendt

Het orgel werd gebouwd in 1891 door Michaël Maarschalkerweerd. De orgelkas werd ontworpen door A.L. van Gendt, de architect van het gehele Concertgebouw. De bekroning van de middentoren is identiek aan de muziekkiosk die in de beginjaren in de tuin van het gebouw stond.

Eind jaren '50 van de 20e eeuw beviel de klank van het orgel niet meer en werd vanaf 1954 een verbouwing uitgevoerd door orgelmaker Sanders uit Utrecht die in 1961 werd afgerond door Ernst Leeflang uit Apeldoorn. Deze verbouwing was door geldgebrek matig uitgevoerd. Al gauw traden er mankementen op en vanaf 1983 was het orgel totaal onbespeelbaar.

In 1992 werd het orgel gerestaureerd door Flentrop Orgelbouw. Om het orgel krachtiger te maken is het orgel daarbij uitgebreid van 46 naar 59 registers.

Als titulair organist is Leo van Doeselaar aangesteld.

Het orgel beschikt over drie klavieren en een vrij pedaal. De dispositie is als volgt:

Hoofdwerk, Manuaal I, C-g’’’

Positief, Manuaal II, C-g’’’
(in zwelkast)
Récit, Manuaal III, C-g’’’
(in zwelkast)
Pedaal, C-g’

Prestant16’Zachtgedekt16’Quintadeen16’Gedekt Subbas32’
Bourdon16’Prestant8’Viola da gamba8’Open bas16’
Prestant8’Salicionaal8’Voix céleste8’Gedekt Subbas16’
Violoncel8’Unda-Maris8’Holpijp8’Violon16’
Flûte harmonique8’Roerfluit8’Flûte harmonique8’Quintbas10 2/3’
Bourdon8’Octaaf[1]4’Flûte octaviante4’Violoncel8’
Prestant4’Violine[2]4’Flageolet harm.[2]2’Fluit8’
Flûte octaviante[2]4’Fluit-dolce[2]4’Piccolo harm.[2]1’
Quint harmonique[2]2 2/3’Gemshoorn[1][2]2’Nasard[2]2 2/3’Bazuin[2]16’
Quint[1][2]2 2/3’Maarschalkje[1][2]1 1/3’Terts[2]1 3/5’Trombone[2]8’
Octaaf harmonique[2]2’MixtuurII - VPlein jeuVTrompet[2]4’
Octaaf[1][2]2’Trompet harm.[2]8’Vox Humana8’
Terts harmonique[2]1 3/5’Klarinet[2]8’Basson Hobo8’
Cornet[1][2]VBombarde[1][2]16’
Mixtuur[2]III - VITrompet[1][2]8’
Mixtuur[1]IV - VITrompet harm.[1][2]4’
Bariton[1][3]16’
Trompet harm.[2]8’
Trompet[1][2]8’
Trompet[2]4’
Koppels: Tremulant:
Hoofdwerk + PositiefPositief
Hoofdwerk + RécitRécit
Positief + Récit
Hoofdwerk + Récit 16’
Pedaal + Hoofdwerk
Pedaal + Positief
Pedaal + Récit
Generaal Crescendo

Noten

  1. Dit register is bij de restauratie van 1992 toegevoegd.
  2. Combinatielade.
  3. Oorspronkelijk een Bariton 16’, maar rond 1900 vervangen door een Trompet 4’.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.