Opscheplepel
Een opscheplepel is een grote lepel die wordt gebruikt om voedsel mee op te scheppen.
Een opscheplepel werd in de middeleeuwen en in de 19e eeuw in Europa vaak van zilver gemaakt, in andere continenten ook van hout. Tegenwoordig wordt de opscheplepel in de moderne wereld vaak van roestvrij staal gemaakt.
De grootte van een opscheplepel kan variëren in de lengte van het handvat en in de grootte en vorm van de kom. Zo zijn er opscheplepels die dienen als soeplepel of ijslepel.
Andere opscheplepels worden gebruikt om eten uit de pan te scheppen of uit een schaal.
Bij het bakken van pannenkoeken is de inhoud van een geschikte opscheplepel voldoende om er een pannenkoek mee te bakken.
In het Noorden van Nederland wordt een (opschep)lepel een sleef (Friesland, Drenthe), slaif of slijf (Groningen) genoemd. Het woord geldt daar ook als scheldwoord voor een sukkel of voor een aansteller. Ook in het Fries wordt het woord sleef gebruikt, maar dan zonder deze bijbetekenis.
| Soorten lepels |
|---|
|
dessertlepel · eierlepel · eetlepel · groentelepel · ijslepel · juslepel · maatlepel · opscheplepel · pollepel · soeplepel · theelepel |