Olivier-paal

Een Olivier-paal is een in de grond gevormde funderingspaal van beton of gewapend beton met een schroefvormige schacht.

De schroefvormige schacht van een uitgegraven Olivier-paal

Historie

Gerdi Vankeirsbilck vroeg in april 1996 het octrooi aan voor de Olivier-paal. Deze techniek werd geïmplementeerd door zijn bedrijf Olivier Betonfabriek en Funderingstechnieken. Sindsdien werden in België en verschillende andere landen licenties verleend.[1] De Olivier-paal is door zijn schroefvormige schacht met name geschikt voor weinig draagkrachtige grondlagen zoals klei en leem. In 2017 werd een octrooi verkregen voor het boren zonder het gebruik van een verloren punt.

Beschrijving

Een Olivier-paal[2] bestaat uit een metalen voerbuis met onderaan een cilindrische boorkop voorzien van een helicoidale flens met daaronder een 'verloren punt'. De voerbuis heeft een uitwendige diameter van 32 cm, met een wanddikte van 25 mm. Zij is uit verschillende delen samengesteld door waterdichte koppelingen, die sterk genoeg zijn om het maximum boorkoppel op te nemen. De diverse boorkoppen voor de verschillende diameters hebben allen een grotere diameter dan de boorbuis.

Gangbare diameters van de boorkop:

  • diameter 36 - 56 cm
  • diameter 41 - 61 cm
  • diameter 46 - 66 cm
  • diameter 51 - 71 cm

Uitvoering

Uitvoeringsmethode van de Olivier-paal.
1. boren.
2. diepste punt bereikt.
3. terugschroeven en tegelijkertijd de vrijgekomen ruimte vullen met beton.
4. eindresultaat.
  • Een Olivier-paal wordt trillingsvrij in de grond geschroefd, waardoor de grond zijdelings verdrongen wordt. Daarbij wordt geen grond naar de oppervlakte getransporteerd.
  • De uitgeoefende werkdruk wordt vergeleken met de resultaten van de diepsondering.
  • De boortafel met een maximum koppel van 550.000 Newtonmeter wordt op en neer getrokken langs een verstelbare mast, die stevig genoeg is om alle krachten over te dragen. Deze mast is in alle richtingen verstelbaar, zodat ook onder helling kan geschroefd worden.
  • Als het diepste punt bereikt is, kan ervoor gekozen worden om doorheen de voerbuis een volledige wapeningskorf in te plaatsen.
  • Vervolgens wordt de boor teruggeschroefd. Daarbij ontkoppelt de verloren punt zich van de boorkop en blijft achter. Tijdens het terugschroeven wordt de grond opnieuw verdrongen. Dit systeem noemt men ‘dubbele verdringing’.
  • Tegelijk met het terugschroeven wordt beton, onder druk van de betonkolom in de boorbuis, in de ontstane ruimte gegoten. Tijdens het terugschroeven wordt de paal gevormd met een schroefdraad rond de schacht, die een spoed heeft van ±25 cm en een uitwendige diameter van ±20 cm groter dan de schachtdiameter van de paal. Dit proces gaat door totdat de gehele boor weer boven de grond gekomen is.

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.