Maria Petronella

Maria Petronella was een koffieplantage aan de Warappakreek in het district Commewijne in Suriname. De plantage lag stroomafwaarts naast de plantage Johanna Maria en stroomopwaarts naast de plantage Bent’s Hoop en tegenover de plantage Barbados. In het Surinaams werd de plantage “Span” genoemd.

Maria Petronella
Land Suriname
PlaatsCommewijne
WaterlichamenWarappakreek
ProduceertKoffieboon
Beschreven opwww.surinameplantages.com

Geschiedenis

De grond werd in 1754 uitgegeven aan Jan Spaan. Dit gebeurde nadat het fort Nieuw-Amsterdam klaar was en de gronden tussen dat fort en het fort Sommelsdijk beschermd werden. De grond had een grootte van 500 akkers. Spaan was ook de eigenaar van Johanna Maria. Deze plantage telde 250 akkers. De plantage Maria Petronella was vernoemd naar zijn oudste dochter. Johanna Maria was vernoemd naar Johanna Maria Berkhof, zijn echtgenote. Spaan was in 1747 vanuit Amsterdam naar Suriname gekomen. In 1777 werden de plantages uitgebreid tot een totale oppervlakte van 1228 akkers.

In 1793 was de plantage, net zoals veel anderen in dit gebied, gedeeltelijk omgezet tot een katoenplantage. Later kwam de plantage, na het overlijden van Spaan en zijn vrouw, in bezit van zijn schoonzoon, Josepheus Donatus Justus Thijm. In 1843 was het weer een volledige koffieplantage met 229 slaven.

Bij de emancipatie in 1863 werkten er nog 91 slaven op Maria Petronella. De eigenaren waren de erfgenamen van Thijm, die allen de naam Planteau hadden. Zij waren ook voor de helft eigenaar van de plantages Visserszorg, Rouxgift en Lausanne. In 1866 werd de plantage geveild als een bananen- en koffieplantage.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.