Lekkerbekje

Het lekkerbekje is gebakken vis. De visfilets worden eerst door een beslag gemaakt van water, meel en zout gehaald. Daarna worden de filets gefrituurd. Lekkerbekjes worden ook wel gegeten met remoulade-saus.

Lekkerbekje met friet

Vroeger werd voor lekkerbekjes wijting en kabeljauw gebruikt. In Nederland was wijting altijd 'vis voor de poes', een goedkope vissoort. Men heeft daarom gezocht naar een lekkere wijze om dit vetarme visje een nieuw imago te geven. Zo is het lekkerbekje ontstaan. De lekkerbek is een heel toepasselijke naam voor deze vis die zich voedt met garnalen, een delicatesse uit de zee. Op verzoek kan er bij vele vishandels wel een lekkerbekje van kabeljauw besteld worden, vaak met een hogere prijs.

Tegenwoordig wordt er voor lekkerbekjes gebruikgemaakt van verschillende vissoorten zoals heek, pollak of schelvis, omdat wijting en kabeljauw schaars zijn geworden door overbevissing. Ook de heek wordt inmiddels overbevist en de jonge wijting wordt vaak als bijvangst gevangen als te kleine vis. Sinds een aantal jaren wordt daarom voor een lekkerbekje de gekweekte zoetwatervissoort Pangasius pangasius gebruikt, die door veel liefhebbers van het lekkerbekje wordt bekritiseerd vanwege de grondsmaak. De Pangasius pangasius komt veelal uit de verontreinigde Mekong-delta in Vietnam, waar de vis massaal in grote bassins wordt gekweekt. Tegenwoordig wordt vaker gekozen voor de eerder genoemde vissoorten. Steeds meer vishandelaren geven aan welke vissoort ze gebruiken voor lekkerbekjes, speciaaltjes of kibbeling.

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.