Kunstrijden op de Olympische Winterspelen 1948

Het kunstrijden is een van de sporten die beoefend werden tijdens de Olympische Winterspelen 1948 in St. Moritz. Het was de zevende keer dat het kunstrijden op het olympische programma stond. In 1908 en 1920 stond het op het programma van de Olympische Zomerspelen. De wedstrijden vonden plaats van 2 tot en met 7 februari op het buitenijs van het Badrutt's Park ijsstadion.

Scott en Gerschwiler trainen samen als voorbereiding op hun individuele nummers tijdens de Olympische Winterspelen 1948, waar zij beiden een medaille behaalden

In totaal namen 64 deelnemers (27 mannen en 37 vrouwen) uit twaalf landen deel aan deze editie. De Brit Henry Graham Sharp en de Oostenrijker Helmut May waren de enige twee deelnemers die ook aan de Spelen van 1936 deelnamen.

Eindrangschikking

Elk van de negen juryleden (elf bij de paren) rangschikte de deelnemer van plaats 1 tot en met de laatste plaats. Deze plaatsing geschiedde op basis van het toegekende puntentotaal door het jurylid gegeven. (Deze puntenverdeling was weer gebaseerd op 60% van de verplichte kür, 40% van de vrije kür bij de solo disciplines). De uiteindelijke rangschikking geschiedde bij een absolute meerderheidsplaatsing. Dus, wanneer een deelnemer als enige bij meerderheid als eerste was gerangschikt, kreeg hij de eerste plaats toebedeeld. Vervolgens werd voor elke volgende positie deze procedure herhaald, waarbij het aantal plaatsingen voor die positie werd bepaald door het aantal keren dat diezelfde positie of hogere positie werd behaald (dus, voor plaats 2 telden alle top 2 plaatsen, voor plaats 3 alle top 3 plaatsen, enz.). Wanneer geen meerderheidsplaatsing kon worden bepaald, dan volgde de procedure voor de volgende plaats tot een meerderheidsplaatsing was bereikt. Bij een gelijk aantal meerderheidsplaatsingen waren beslissende factoren: 1) laagste som van plaatsingcijfers van alle juryleden, 2) totaal behaalde punten, 3) punten behaald in de verplichte kür.

Mannen

Op 2 (verplichte kür) en 5 februari (vrije kür) streden 16 mannen uit tien landen om de medailles.

r/m = rangschikking bij meerderheid, pc/9 = som plaatsingcijfers van alle negen juryleden (vet = beslissingsfactor)
rang sporter(s) land r/m pc/9 punten
Dick Button USA8×1 (1-2-1-1-1-1-1-1-1)101720,6
Hans Gerschwiler SUI5×2 (2-1-5-2-3-2-3-2-3)231630,1
Edi Rada AUT6×3 (7-3-3-3-2-3-4-6-2)331603,2
4John Lettengarver USA6×4 (3-4-2-5-6-4-2-3-7)361587,6
5Ede Király HUN8×5 (5-5-6-4-4-5-5-4-4)421569,6
6James Grogan USA5×6 (6-7-4-8-10-6-6-5-10)621518,4
7Henry Graham Sharp GBR5×7 (4-9-10-7-8-10-7-7-5)671503,4
8Helmut May AUT6×8 (8-6-9-6-5-9-11-8-6)681491,0
9Helmut Seibt AUT6×9 (10-8-7-10-7-8-12-9-8)791463,9
10Ladislav Cáp TCH5×10 (9-13-13-9-9-12-9-13-9)961442,1
11Fernand Leemans BEL6×12 (14-11-11-13-11-7-13-12-12)104 1420,4
12Wallace Diestelmeyer CAN6×12 (13-14-12-12-12-11-14-11-11)1101406,9
13Zdenek Fikar TCH7×13 (12-12-15-11-13-13-10-15-13)1141387,4
14Karl Enderlin SUI6×14 (11-10-8-15-15-14-8-14-15)1101388,2
15Carlo Fassi ITA5×15 (16-15-14-14-14-16-16-16-14)1351313,7
16Per Cock-Clausen DEN- (15-16-16-16-16-15-15-10-16)1351309,8

Vrouwen

Op 3 (verplichte kür) en 5 februari (vrije kür) streden 25 vrouwen uit tien landen om de medailles.

r/m = rangschikking bij meerderheid, pc/9 = som plaatsingcijfers van alle negen juryleden (vet = beslissingsfactor)
rang sporter(s) land r/m pc/9 punten
Barbara Ann Scott CAN7×1 (1-1-1-2-1-2-1-1-1)11,01467,7
Eva Pawlik AUT5×2 (2-2-3-3-4-1-2-2-5)24,01418,3
Jeannette Altwegg GBR5×3 (3-4-2-1-2-5-3-4-4)28,01405,5
4Jiřina Nekolová TCH7×4 (5-3-4-4-3-4-5-3-3)34,01386,8
5Alena Vrzáňová TCH9×6 (6-6-6-6-6-3-4-5-2)44,01377,4
6Yvonne Sherman USA7×7 (9-7-7-8-5-6-6-7-7)62,01348,5
7Bridget Adams GBR5×7 (7-8-5-5-11-7-11-6-9)69,01337,8
8Gretchen Merrill USA6×8 (4-5-8-7-8-9-8-9-15)73,01336,2
9Martha Musilek Bachem AUT5×11 (8-9-15-14-16-8-14-11-8)103,01300,1
10Marion Tiefy Davies GBR6×12 (10-12-9-9-13-12-10-13-16)104,0 1302,9
11*Eileen Seigh USA6×13 (12-15-13-13-10-15-7-15-10)110,01297,0
12Marilyn Ruth Take CAN6×12 (14-10-17-11-7-11-12-17-11,5)110,51293,5
13Dagmar Lerchová TCH5×12 (18-13-12-16-12-10-13-12-6)112,01299,9
14Suzanne Morrow CAN8×14 (11-14-11-10-9-14-20-14-14)117,01292,9
15Maja Hug SUI5×15 (13-18-10-15-17-21-15-10-18)137,01273,7
16Jacqueline du Bief FRA5×16 (16-19-22-19-19-16-9-16-11,5)147,51251,2
17Marika Saáry HUN6×17 (17-20-14-17-18-18-17-8-13)142,01268,5
18Hildegard Appeltauer AUT7×18 (21-16-18-18-15-13-16-18-20)155,01253,7
19Maidie Jill Linzee GBR6×18 (15-11-19-12-14-19-18-20-17)145,01201,8
20Ingeborg Solar AUT6×21 (19-22-20-23-21-17-24-19-21)186,01219,0
21Éva Lindner HUN5×21 (20-21-23-22-22-20-21-21-22)192,01207,7
22Marit Henie NOR6×22 (22-23-21-21-20-23-23-22-19)194,01198,0
23Lotti Höner SUI5×22 (23-17-16-20-23-22-19-23-23)186,01207,9
24Grazie Barcellona ITA5×24 (24-25-25-25-25-24-22-24-24)218,01099,9
25Doris Blanc SUI- (25-24-24-24-24-25-25-25-25)221,01103,6
* N.B. Seigh is als 11e geklasseerd terwijl Take en Lerchová meer top 12 plaatsen hebben.

Paren

Op 7 februari (vrije kür) streden vijftien paren uit elf landen om de medailles.

r/m = rangschikking bij meerderheid, pc/11 = som plaatsingcijfers van alle negen juryleden (vet = beslissingsfactor)
rang sporter(s) land r/m pc/11 punten
Micheline Lannoy / Pierre Baugniet BEL7×1 (1-2-2,5-1-1,5-1-1-1-4,5-1-1)17,5123,5
Andrea Kékesy / Ede Király HUN10×3 (3-4-1-2-1,5-3-3-3-1-2,5-2)26,0122,2
Suzanne Morrow / Wallace Diestelmeyer CAN8×3 (2-1-4-3-3-2-4-2-2,5-2,5-5)31,0121,0
4Yvonne Sherman / Robert Swenning USA10×5 (5-3-9-5-4-5-5-4,5-4,5-5-3)53,0116,4
5Winnifred Silverthorne / Dennis Silverthorne GBR6×5 (6-5-6,5-4-5-4-2-6-2,5-6-6)53,0116,3
6Karol Kennedy / Peter Kennedy USA8×6 (4-6-2,5-8,5-6,5-6-6-4,5-7,5-4-4)59,5115,4
7Marianna Nagy / László Nagy HUN7×8 (7-7-6,5-6-8-10-10-10-6-7,5-11)89,0109,0
8Jennifer Nicks / John Nicks GBR7×9 (9-9,5-14-8,5-6,5-7-7-8-9-9,5-10)98,0106,7
9*Herta Ratzenhofer / Emil Ratzenhofer AUT6×11 (13-12-5-12-9-9-12-14-7,5-11-7)111,5103,8
10Margot Walle / Allan Fjeldheim NOR6×10 (8-9,5-8-10-11-8-13-13-10-14-14)118,5102,1
11Susanne Giebisch / Helmut Seibt AUT8×11 (11-13-11-11-10-12-11-9-12-9,5-8)117,5102,2
12Luny Unold / Hans Kuster SUI6×11 (12-8-10-7-14-14-8-11-11-13-12)120,0 102,1
13Grazia Barcellona / Carlo Fassi ITA6×11 (10-11-12-13,5-13-11-9-7-14-12-9)121,5101,9
14Denise Favart / Jacques Favart FRA- (14-14-13-13,5-12-13-14-12-13-7,5-13)139,095,7
-Blazena Knittlová / Karel Vosátka TCHopgave
* N.B. Ratzenhofer/Ratzenhofer zijn als 9e geplaatst terwijl Walle/Fjeldheim met 6×10 en Giebisch/Seibt met 8×11 beter topplaatsen hebben.

Medaillespiegel

rang land totaal
1 Canada1012
2 België1001
2 Verenigde Staten1001
4 Oostenrijk0112
5 Zwitserland0101
5 Hongarije0101
7 Groot-Brittannië0011
3339
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.