Jehan de Grise

Jehan de Grise was een Vlaams miniaturist die bekend is uit een geïllustreerde Alexanderroman die nu bewaard wordt in de Bodleian Library in Oxford als Ms. Bodl. 264. Hij wordt genoemd in het colofon op folium 208, dat luidt: "Che livre fu perfais de le enluminure/ au xviiie jour davryl per iehan de/ grise lan de grace m ccc xliiii".[2][1][3][4] Hij werkte samen aan dit handschrift met Pierart dou Tielt die omstreeks 1350 in Doornik actief was. Er is daarnaast nog een derde verluchter herkenbaar die aan dit handschrift meewerkte. Dou Tielt maakte de miniaturen van katern vier tot en met katern negen. De Grise verzorgde de randverluchting en de bas de page-scènes. Vanaf het tiende katern tot het zesentwintigste (het einde van het handschrift) is alle werk van de hand van Jehan de Grise en eventuele medewerkers die in zijn stijl werkten. De derde miniaturist werkte uitsluitend aan de eerste drie katernen.[4]

Jehan de Grise
Beroep(en)miniaturist
Oriënterende gegevens
Jaren actief1325 – 1345[1]
Portaal    Kunst & Cultuur
Bodleian 264, Jehan de Grise, Alexander de Grote in een glazen duikerston.

Waar De Grise gevestigd was, Brugge of Doornik, is nog steeds het onderwerp van discussie. De naam De Grise of De Gryse was in die tijd in Brugge niet onbekend, maar er zijn geen concrete aanwijzingen.[1]

Het werk van Jehan de Grise is gemakkelijk te herkennen. Hij schilderde figuren met kleine ronde hoofden en onnatuurlijk verkorte torso’s en gebruikte vaak zwaardere contourlijnen dan de andere verluchters. De witte gezichten werden met lichte tinten gehoogd.[1][4]


This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.