Jan Willem Berix

Jan Willem Berix, in het verzet Giel genoemd (Meers, 12 april 1907 - Bergen-Belsen, 13 maart 1945) was een Nederlandse verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Jan Willem Berix
Geboren12 april 1907, Meers
Overleden13 maart 1945, Bergen-Belsen
LandNederland
Ook bekend alsGiel
PeriodeTweede Wereldoorlog
GroepLO
Portaal    Tweede Wereldoorlog

Berix doorliep het gymnasium en studeerde daarna eerst twee jaar filosofie aan het Rolduc-college te Kerkrade en vervolgens vier jaar theologie aan het Groot Seminarie te Roermond. Na zijn priesterwijding in 1933 werd hij dat jaar op 10 september aangesteld als kapelaan van de Sint Pancratiusparochie te Heerlen. Daar was hij verantwoordelijk voor het jeugdwerk en werd directeur van de jongens congregatie en ook de aalmoezenier van de Katholieke Verkennersgroep Sint Paulus. Ook was hij belast met de parochiale zorg voor de armen en hulpbehoevenden. Later is een zijstraat van het Tempsplein te Heerlen naar hem vernoemd: de Kapl Berixstraat.

Verzet

Zijn werk voor de medemens leidde ertoe dat hij vanaf het begin van de oorlog betrokken raakte bij het verzet. Kapelaan Berix regelde voor velen vrijstelling voor de tewerkstelling in Duitsland of hielp mensen die op transport dreigden te worden gezet onderduiken. Hij werd de districtsleider van de Heerlense afdeling van de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers, het zogenaamde "District Mijnstreek". Hij organiseerde een hechte organisatie met rayonleiders die per dorp of wijk een duikhoofd aanstelden zodat er snel onderduikadressen gevonden konden worden en geld, bonkaarten en persoonsbewijzen geregeld en gedistribueerd konden worden. Zijn huis aan de Nobelstraat 23 werd een centraal punt van waaruit alles geregeld werd per telefoon en koerier.

Arrestatie

Op 21 juni 1944 werd Berix, na onder Duitse pressie verkregen verraad van papierenvervalser Bob Jesse, tijdens een vergadering van de Limburgse LO-top in een klooster te Weert gearresteerd met zijn collega's Jan Hendrikx, Jac Naus, Guus Hermans, Jacques Knops, Sef Mulders en W.H.M. Jansen. Theo van Helvoort, J.A. Dijker en C. van Sambeek en Joe Russel wisten te ontsnappen. De sadistische verhoorspecialist Richard Nitsch had de overwerkte Jesse een Joodse moeder met haar kind voorgezet en gedreigd, in tegenwoordigheid van de moeder één voor één alle botten van het kind te breken, wanneer hij zou blijven zwijgen. Berix werd met zijn lotgenoten naar Kamp Vught gebracht waar hij tijdens de ondervragingen zwaar werd mishandeld. Op 6 september 1944 werd kapelaan Berix in een goederenwagon verplaatst naar het concentratiekamp Sachsenhausen bij Oranienburg (niet te verwarren met het concentratiekamp Oranienburg, dat al in 1934 weer werd gesloten). Daar werd hij in de Heinkel vliegtuigfabriek tewerkgesteld. Hij raakte besmet met dysenterie en werd naar de ziekenbarak gebracht. Hij herstelde in eerste instantie, maar keerde gebroken terug in het kamp. Uiteindelijk werd hij getransporteerd naar het concentratiekamp Bergen-Belsen waar hij een maand voor zijn 38ste verjaardag bezweek aan de ontberingen. Hij werd als districtsleider opgevolgd door Jan Keulen.

Nagedachtenis

Op 2 september 1956 is in zijn geboortedorp Meers door burgemeester Corten een monument onthuld ter nagedachtenis aan kapelaan Berix. Het monument, een borstbeeld van Berix op een sokkel, is een ontwerp van Charles Vos. De oprichting was een initiatief van Oud-Stoottroepers. De tekst op het standbeeld luidt:

'Niemand heeft
groter liefde
dan hij die zijn
leven geeft
voor zijn
vrienden
Joan.15-13'

Op een gedenkplaat worden de namen van dertien oorlogsslachtoffers uit Stein vermeld.

Na de oorlog besloot de groep Sint Paulus van de r.k. verkennerij te Heerlen, waar hij aalmoezenier van was geweest, tot naamsverandering. De groep heette voortaan "Kapelaan Berixgroep", sinds 1974 "Scouting Kapelaan Berix".

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.