Indo-Arische migratie-theorie

De Indo-Arische migratie-theorie is onderdeel van de Koerganhypothese, c.q. steppe-theorie, die het ontstaan van de Vedische beschaving in het noorden van India verklaart. De hypothese stelt dat tijdens de Bronstijd (rond 1500 v.Chr.) migratie van zogeheten Indo-Arische herders plaatsvond vanuit de Oxus-vallei (Afghanistan) naar het Indisch Subcontinent. Deze herders spraken Sanskriet, een Indo-Arische taal, en waren de voorlopers van de Indiase Vedische beschaving. In de 19e en begin 20e eeuw werd verondersteld dat het ging om een grootschalige migratie, die met geweld de Indus Vallei beschaving omverwierp. Tegenwoordig wijzen historici dit idee van een grootschalige invasie af. In plaats daarvan wordt aangenomen dat kleine aantallen nieuwkomers zich met de oorspronkelijke bevolking van het Subcontinent mengden. De nieuwkomers brachten hun taal, religie en kennis mee. Uit de culturele interactie ontstond de Vedische cultuur, die zich later over heel India zou verspreiden.

De hypothese

Volgens de hypothese waren Ariërs oorspronkelijk een Indo-Europees volk dat ontstond bij de zuidelijke Oeral, op de oostelijke Euraziatische steppe. Van daaruit vonden migraties naar het tegenwoordige Afghanistan plaats. Omstreeks 1500 v.Chr. zou een deel van deze Ariërs India binnentrekken vanuit het noordwesten. Daar vermengden ze zich met de oorspronkelijke bevolking, en gingen deel uitmaken van de lokale elites. Omstreeks 1100 BCE ontstond de vroegste Vedische staat, die belangrijke sporen heeft nagelaten in de Indiase cultuur. De religieuze teksten als de Veda's en de heldenepossen als de Ramayana en Mahabharata werden in deze tijd geschreven. De taal waarin de Veda's geschreven werden, het Sanskriet, is een van de oudst bekende Indo-Europese talen.

Het Indiase kastenstelsel is ook, zij het in gewijzigde vorm, afkomstig uit de Vedische beschaving. Mogelijk in een poging hun raciale zuiverheid zo veel mogelijk te bewaren, veranderden de Ariërs hun stelsel van varna's in een rigide kastenstelsel, en demoniseerden ze de autochtone bevolking. Het is echter mogelijk dat het kastenstelsel al bestond voor de Arische verovering.

In het meer dan vierduizend jaren oude heldenepos de Ramayana zouden verwijzingen naar de strijd tussen "lichtgekleurde Ariërs" en de donkergekleurde "autochtone bevolking" staan, maar in de Veda's zouden dergelijke verwijzingen weer niet staan.

Kritiek op invasietheorie

De theorie is in India omstreden omdat bijvoorbeeld de Britten er vroeger gebruik van zouden hebben gemaakt om hun verovering van het Indische subcontinent mee te rechtvaardigen en hun superioriteit mee trachten aan te kunnen tonen.[1]

Tegenstanders verklaren dat de theorie afkomstig is uit een tijd dat Eurocentrisch denken centraal stond. De theorie zou toen bedacht zijn uit angst dat India daadwerkelijk de grondlegger van de taal, religie, wiskunde en overige zaken zou zijn.

Tegenstanders van deze theorie beweren dat met de Ariërs in de heilige geschriften van India nooit een specifiek volk zou zijn bedoeld. 'Arya' zou alleen 'nobel' of 'edel' betekenen en niet verbonden zijn met immigranten. In de geschriften zou niets te vinden zijn over de lichte huidskleur van de Ariërs en niets over een oorlog tussen een lichtgekleurd en een donkergekleurd volk.

Politiek

In India hebben ontwikkelingen op dit gebied ook een politieke kleur gekregen. Tegenstanders van de Arische invasietheorie worden uitgemaakt voor 'hindoechauvinisten' of religieuze fundamentalisten en voorstanders van marxisten. Ook heeft deze theorie een grote invloed op de Zuid-Indiase politiek. Onder de regering, aangevoerd door de BJP, werd de Arische immigratietheorie uit de geschiedenisboeken voor scholen verwijderd. Nadat zij in 2004 waren weggestemd, heeft de linkse regering, onder druk van communistische partijen, het weer terug in de boeken geplaatst.

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.