Hendrika van Tussenbroek

Hendrika Cornelia van Tussenbroek (Utrecht, 2 december 1854Doorn, 21 juni 1935) was een Nederlandse componiste en zang- en pianolerares in Amsterdam en Utrecht.[1]

Hendrika van Tussenbroek studeerde bij Richard Hol en Johan Wagenaar. Ze was bevriend met componiste Catharina van Rennes en schreef onder meer muziek voor tekstdichteres Jacoba Mossel. Van Tussenbroek werd bekend door liederen en kinderliedjes waar zij de muziek voor schreef.

Een aantal van door haar gecomponeerde liedjes werd opgenomen in de liedbundel Kun je nog zingen, zing dan mee (eerste druk in 1906). Het gaat om de liedjes: 'Alle knoppen springen los, alle bloemen komen kijken', 'Mei spreidt zijn bloesem weer over struik en boomen', 'Nu bloeien in 't jonge gras niet meer Meizoentjes wit en geel', 'Weer zwelt de knop, weer groent het kruid, o, laat m' er uit, o, laat m' er uit' en 'Wordt wakker, 't zonnetje is al op'. Door de populariteit en lange drukgeschiedenis van dit liedboek (41e druk in 1986) konden deze liedjes decennialang in ruime kring bekend blijven.

Twee van haar liedjes werden vervolgens opgenomen in het hier van afgeleide kinderliedboek Kun je nog zingen, zing dan mee! Voor jonge kinderen (1912): het meiliedje 'Wij dansen hand aan hand'; en 'Wordt wakker 't zonnetje is al op'.

Catharina van Rennes (1858-1940), Nelly van der Linden (1869-1926) en Hendrika van Tussenbroek worden beschouwd als belangrijke componistes voor de ontwikkeling van het Nederlandse kinderlied eind negentiende en begin twintigste eeuw.[2]

Composities (selectie)

Hendrika van Tussenbroek ca. 1880
Hendrika van Tussenbroek, ca. 1911
  • De drie kaboutertjes opus 13, naar Grimm, kinderoperette in drie bedrijven (1897)
  • De geleende koekepan, kluchtspel met zang voor jonge meisjes
  • De lentewind waait! liedjes voor de voorbereidende en de lagere school (1927) (met J. Veldkamp en K. Veldkamp)
  • Fabels van La Fontaine (1913)
  • Goeien avond speelman, 10 liedjes voor kleine kleuters (ca.1921)
  • Liedekens blijde in donkere tijden, nieuwe speelliedjes (1918)
  • Meidoorn, acht tweestemmige liederen met klavierbegeleiding (met J.N. van Hall)
  • Op lichte vleugelen, 7 liederen voor eene zangstem (met H.W. van der Mey)
  • Sneeuwklokjes, eenstemmige kinderliederen met klavierbegeleiding (met Jan Pieter Heije)
  • 6 Tweestemmige Hollandsche Liederen met Klavierbegeleiding opus 8 op teksten van Jan Pieter Heye
  • Wie geen R kan zeggen die blijft thuis, kinderlied opus 9
  • Zoo worden loome tongen los, kinderlied opus 10
  • Een raadseltje in het koren en nog iets, opus 15
  • Wijde luchten, zes tweestemmige kinderliederen opus 16
  • Hei! t' Was in de mei, vijf tweestemmige kinderliederen opus 19
  • Een oud sprookje, voor kinderkoor opus 20
  • Van manestralen en zonneglans, kinderlied opus 21
  • Speelliedjes, met klavierbegeleiding (1903)
  • Uit en thuis, zes eenstemmige liederen met klavierbegeleiding opus 12 (1894) (met G.W. Lovendaal en Jan Pieter Heije)
  • Van vogels en bloemen, 6 eenstemmige kinderliederen met klavierbegeleiding opus 14 (1897) (met Jan Dirk Christiaan van Dokkum)
  • Zonnespel en schemering, 6 eenstemmige kinderliederen, met klavierbegeleiding (1907) (met C.H. de Jong)

Zie ook

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.