Gilles Deleuze

Gilles Deleuze (18 januari 19254 november 1995) was een Frans filosoof die vanaf de jaren 50 schreef over filosofie, literatuur, film en beeldende kunst. Enkele van zijn meest bekende werken zijn Verschil en Herhaling (1968), Anti-Oedipus (1972), Mille Plateaux (1980) en Wat is filosofie? (1991). Hoewel hij zichzelf ooit karakteriseerde als "pure metafysicus", heeft zijn werk invloed (gehad) op uiteenlopende disciplines in de filosofie, kunsten en wetenschappen.

Gilles Deleuze
Persoonsgegevens
Geboren18 januari 1925
Overleden4 november 1995 (70 jaar)
LandFrankrijk
Oriënterende gegevens
StromingContinentale filosofie, materialistische ontologie
Belangrijkste ideeënImmanentie, transcendentaal empirisme, intensiteit, lichaam zonder organen, multipliciteit, beeld van het denken, assemblage, vouwen, wording, affecten, percepten, concepten
Beïnvloed doorLucretius, Spinoza, Leibniz, Kant, Hume, Nietzsche, Bergson, Artaud, Simondon, Gueroult, Foucault, Guattari
BeïnvloeddeFoucault, Guattari, Badiou, Althusser, Balibar, Hardt, Negri, Agamben, Žižek, Meillassoux
Portaal    Filosofie

Deleuze wordt ook wel beschouwd als een schrijver van geschiedenis van de filosofie. Hij schreef invloedrijke werken over onder andere de Stoa, Spinoza, Leibniz, Hume, Kant, Nietzsche en Bergson.

Samen met meerdere Franse en Italiaanse marxistisch geïnspireerde neo-Spinozisten (zoals Louis Althusser, Étienne Balibar en Antonio Negri) was hij een van de centrale figuren in een grote opleving van Spinoza-studies in de late 20e- en vroege 21e-eeuwse continentale filosofie.

Biografie

Na een studie filosofie aan de Sorbonne gaat Deleuze lesgeven op diverse Lycea en later ook universiteiten. Zijn eerste boeken gaan over Hume en Bergson. In 1962 publiceert hij zijn eerste belangrijke werk: Nietzsche et la philosophie. Daarmee staat hij aan het begin van de Franse 'herontdekking' van Nietzsche. Aan het einde van de jaren 60 publiceert Deleuze zijn filosofische hoofdwerken, Différence et répétition (1968) en Logique du Sens (1969).

In 1969 nodigt Michel Foucault Deleuze, die op dat moment in Lyon werkt, uit om in Parijs les te gaan geven aan de 'experimentele' campus van de Universiteit van Parijs VIII[1] te Vincennes, die aldaar na de studentenopstand van 1968 werd opgericht. In die tijd ontmoet hij ook de psychoanalyticus Félix Guattari. Samen met Guattari publiceert Deleuze in 1972 het beroemde werk L'Anti-Oedipe, het eerste deel van Capitalisme et schizophrénie. In dit boek formuleren Deleuze & Guattari hun kritiek op het psychoanalytische denken van Jacques Lacan en breken ze een lans voor een vrijere, 'nomadische' subjectiviteit die uiteraard ook gevolgen heeft voor de manier waarop de samenleving zou moeten worden ingericht. In het tweede deel van de serie, het in 1980 verschenen Mille plateaux, werken ze deze kritiek verder uit. Tegenover het bipolaire 'staatsdenken' brengen ze een 'rhizomatisch' netwerkdenken in stelling.

In zijn latere werken zoekt Deleuze nadrukkelijker de verbindingen met niet-filosofische domeinen op. Hij schrijft boeken over literatuur (Kafka: pour une littérature mineure, 1975, samen met Guattari), beeldende kunst (Logique de la sensation over Francis Bacon, 1981) en film (Cinéma, twee delen: 1983 en 1985).

In 1987 gaat Deleuze met pensioen, al blijft hij schrijven. Tot hij op 70-jarige leeftijd – inmiddels lijdend aan een terminale longziekte – zelfmoord pleegt, door uit het raam van zijn Parijse appartement te springen.

Filosofie

Deleuze beschouwde zichzelf als een empirist en een vitalist. Hij wordt wel gezien als een postmoderne denker, of meer specifiek een poststructuralist, zoals ook bijvoorbeeld Michel Foucault en Jacques Derrida. Zelf wees hij de notie van 'postmoderniteit' af.[2] Samen met deze beide filosofen wordt hij ook wel beschouwd als differentiedenker. Naast overeenkomsten zijn er echter ook aanzienlijke verschillen met beide denkers.

Filosofie was voor Deleuze niet een losstaande reflectie op de wereld, maar een schepping van nieuwe ideeën en concepten in de wereld. Vooral in zijn latere werk was hij zeer kritisch over de gangbare academische manier van filosoferen, met name de herhaling van oude denkers die daarin een belangrijke rol speelt; zijn eigen opleiding typeerde hij zelfs als een 'scholastiek erger dan de middeleeuwen'.[3]

Deleuzes ideeën hebben invloed gehad op veel hedendaagse politieke studies over globalisering (bijvoorbeeld in het werk van Antonio Negri en Michael Hardt) en op film- en mediastudies. Zijn werk heeft ook diverse kunstenaars en architecten beïnvloed.

Voornaamste werken

  • 1953 - Empirisme et subjectivité. Essai sur la Nature Humaine selon Hume
  • 1962 - Nietzsche et la philosophie
  • 1963 - La philosophie critique de Kant
  • 1964/1970 - Proust et les signes
  • 1966 - Le Bergsonisme
  • 1967 - Présentation de Sacher-Masoch
  • 1968 - Différence et répétition
  • 1968 - Spinoza et le problème de l'expression
  • 1969 - Logique du sens
  • 1970/1981 - Spinoza - Philosophie pratique
  • 1972/1973 - Capitalisme et Schizophrénie I. L'Anti-Oedipe (met Félix Guattari)
  • 1975 - Kafka. Pour une Littérature Mineure (met Félix Guattari)
  • 1976 - Rhizome (met Félix Guattari)
  • 1977 - Dialogues (met Claire Parnet)
  • 1979 - Superpositions
  • 1980 - Capitalisme et Schizophrénie II. Mille Plateaux (met Félix Guattari)
  • 1981 - Francis Bacon - Logique de la sensation
  • 1983 - Cinéma I: L'image-mouvement
  • 1985 - Cinéma II: L'image-temps
  • 1986 - Foucault
  • 1988 - Le pli - Leibniz et le baroque
  • 1990 - Pourparlers
  • 1991 - Qu’est-ce que la philosophie? (met Félix Guattari)
  • 1993 - Critique et clinique

Postuum

  • 2000 - Pure Immanence
  • 2002 - L'île déserte et autres textes
  • 2004 - Deux régimes de fous et autres textes

Vertalingen

  • 'Praktische lessen: de filosofie van Spinoza', in: De Revisor 26 (1999), afl. 3-4, p. 102-107
  • Dialogen, Kampen: Kok-Agora 1991 (Dialogues)
  • Het denken in plooien geschikt, Kampen: Kok-Agora 1992 (vert. van een gedeelte uit: Pourparlers: 1972-1990)
  • Nietzsche. Baarn: Agora/Pelckmans 1999 (Nietzsche)
  • Kapitalisme en schizofrenie, Kampen: Klement en Kapellen: Pelckmans 2010 (Capitalisme et schizophrénie)
  • Verschil en herhaling, Amsterdam: Boom 2012 (Différence et répétition)
  • Kritisch en klinisch: Essays over literatuur en filosofie, Amsterdam: Octavo 2013 (Critique et clinique)
  • Francis Bacon: Logica van de gewaarwording, Amsterdam: Octavo 2014 (Francis Bacon: logique de la sensation).

Literatuur

  • Leen Bolle en Sjoerd van Tuinen, 'Gilles Deleuze', in: Bram Ieven et al. (red.), De nieuwe Franse filosofie. Denkers en thema's voor de 21e eeuw, Amsterdam: Boom 2011, p. 39-58.
  • P. de Graeve, Gilles Deleuze en het materialisme, Kampen: Klement 2012
  • Ed Romein, Marc Schuilenburg, Sjoerd van Tuinen (red.), Deleuze Compendium, Amsterdam: Boom 2009 (met bijdragen van onder anderen: Ed Romein, Marc Schuilenburg, Sjoerd van Tuinen, Henk Oosterling, Patricia Pisters, Ger Groot, Marc De Kesel, Rudi Laermans, Wiep van Bunge en Isabelle Stengers)
  • Anneke Smelik, 'De kunst van de ontmoeting. De receptie van Deleuze binnen de cultuurwetenschap', in: Krisis (2003), nr. 3, p. 81-96.
  • 'Themanummer: Gilles Deleuze', in: Wijsgerig perspectief 2 (2014) (met bijdragen van Arjen Kleinherenbrink, Rick Dolphijn en Birgit Mara Kaiser)
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.