Georg von Eppinghoven

Samen met zijn jongere broer Arthur kreeg hij op het Kasteel van Stuyvenberg in Laken een prinselijke opvoeding, in de onmiddellijke nabijheid van koning Leopold en met privéles voor school. Vanaf 1860 kregen zij de Keulse dokter (of doctor) Gustav Heinrich als gouverneur. Op 19 september 1862 werden ze, op verzoek van koning Leopold, door de Coburgse regerende hertog in de erfelijke adelstand opgenomen met de overdraagbare titel van freiherr (baron). Georg werd na de dood van Leopold onder de bescherming geplaatst van diens neef, hertog Ernst II van Saksen-Coburg-Gotha. Later werd hij officier in het Pruisische leger. Hij was populair, vrijgevig en hield van een grap.

Georg was de veertig reeds voorbij toen hij een paar vormde met de zestien jaar jongere Anna Brust (Salzkotten, 6 januari 1865 - München, 20 februari 1943), dochter uit het kroostrijke landbouwersgezin van Franz Brust en Angela Maria Rebbekemeier. Zij was kamermeid bij zijn moeder Arcadie, die deze verhouding niet goedkeurde. Georg wachtte tot geruime tijd na de dood van zijn moeder op 13 januari 1897 en trouwde met Anna op 1 juni 1901. Ondertussen woonden ze samen op het door zijn moeder aangekochte landgoed in Langenfeld en kregen ze drie kinderen, die hij erkende.

Georg werd vroegtijdig oud en versleten als gevolg van een avontuurlijk leven. Bovendien was hij alcoholverslaafde. Hij overleed op de leeftijd van 54 jaar in 1904. Hij liet zijn weduwe achter met zijn drie jonge kinderen, die toen de leeftijd van 13, 12 en 10 jaar hadden.

De drie kinderen van Georg en Anna von Eppinghoven-Brust, geboren onder de naam Brust, werden bij het huwelijk van het paar in 1901 onder de naam Von Eppinghoven erkend:

• Henriette-Marianna von Eppinghoven (6 mei 1891 - 8 april 1973) was mentaal gehandicapt, ze was schizofreen en bracht haar leven door in een psychiatrische kliniek.
• Heinrich-Georg von Eppinghoven (22 juli 1892 - 20 februari 1988) trouwde te Keulen in 1922 met Anna Lintermann (Keulen, 5 januari 1895 - Toronto, 27 juli 1982) met wie hij naar Tanzania trok om er nabij Arusha een koffie- en cacaoplantage uit te baten.
• Anna Maria Arcadia von Eppinghoven (17 april 1894 - 8 juni 1971) trouwde in 1922 met de Engelse officier Claude Tebbitt (1882-1947). Het gezin verbleef tijdens de Tweede Wereldoorlog in Engeland. Na de dood van haar man emigreerde ze in 1949, net als haar twee dochters, Cynthia Tebbitt (1923-1978, in 1944 met Archibald Lewis getrouwd in Gloucester en in 1951 gescheiden) en Liliana Tebbitt (1924-1978, in Londen getrouwd met Wilfred Batley) naar Zuid-Afrika. Cynthia hertrouwde in 1951 in Johannesburg met Conrad Linder (1906-1968) en hun dochters trouwden met resp. Peter Kane-Berman en Graham Locke. De dochters van Liliana trouwden met resp. Robert Bowen en Jonathan Mark Skelton. Onder de volgende generaties zijn er nazaten die deze familienamen verder dragen en ook nog andere namen zoals Locke, Fourié en Botha.

• Carlo BRONNE, Leopold Ier et son Temps, Brussel, 1947
• E. MEUSER & F. HINRICHS, Geschichte der Monheimer Höfer, Monheim, 1959
• P. VERMEIR, Leopold I, Mens, Vorst en Diplomaat, 2dln., Dendermonde, 1965
• Albert DUCHESNE, Charles-Joseph Claret, in: Biographie nationale de Belgique, T. XVIII, 1973, col. 81-85
• Albert DUCHESNE, Edmond Claret de Viescourt, in: Biographie nationale de Belgique, T. XVIII, 1973, col. 85-87
• Albert DUCHESNE, Chaussée de Wavre. Là où un couvent a remplacé la propriété du colonel Claret, in: Mémoire d'Ixelles, septembre-décembre 1986.
• Rolf MÜLLER, Stadtgeschichte Langenfeld, Verlag Stadtarchiv Langenfeld, 1992, ISBN 978-3-929365-01-6.
• Alphonse VANDENPEEREBOOM (met M. BOTS, uitg), La fin d'un règne, notes et souvenirs, Gent, Liberaal archief, 1994
• Victor CAPRON, La descendance naturelle de Leopold Ier, Brussel, 1995
• Genealogisches Handbuch des Adels. Freiherrlichen Häuser, Band XXI. C. A. Starke, 1999, pp. 101–3.
• Henriette CLAESSENS, Leven en liefdes van Leopold I, Lannoo, Tielt, 2002
• Victor CAPRON, Sur les traces d'Arcadie Claret: le Grand Amour de Léopold Ier, Brussel, 2006
• Michel DIDISHEIM, Tu devais disparaître. Le roman d'une enfant royale cachée, Ed. Alphée, 2008.
• Bram BOMBEECK, A bas le Sexe Cobourg? Een mentaliteitshistorische en politieke benadering van de seksschandalen van het Belgisch koningshuis in de lange 19de eeuw, Universiteit Gent, masterproef geschiedenis, 2009.