Georg Abraham Schneider

Georg Abraham Schneider (Darmstadt, 19 april 1770Berlijn, 19 januari 1839) was een Duits componist, dirigent en hoornist.

Georg Abraham Schneider
Algemene informatie
Volledige naamGeorg Abraham Schneider
Geboren19 april 1770
Overleden19 januari 1839
Land Duitsland
Werk
Genre(s)symfonische muziek, HaFaBramuziek, opera
Beroepcomponist, dirigent, hoornist
Instrument(en)hoorn
Portaal    Muziek

Levensloop

Schneider kreeg een opleiding als zogenoemde Stadtpfeifer in Darmstadt. Deze gilde in verschillende Duitse steden (zie ook: Johann Christoph Pezel, Johann Gottfried Reiche en Johann Ernst Altenburg) waren geen fluitisten, als uit de betekenis misschien afgeleid worden kan, maar zij waren trompetters, hoornisten, trombonisten, tubaïsten en paukenisten, die in de steden tot vastgelegde uren van de balkon aan het stadhuis of van een toren bepaalde werken uitvoerden. Verder kreeg Schneider vioollessen van een mhr. Magnold en compositielessen bij een mhr. Portmann in Darmstadt.

Vanaf 1787 was hij hoornist aan het hof van landgraaf Lodewijk IX van Hessen-Darmstadt en landgraaf Lodewijk I van Hessen-Darmstadt en speelde in de hofkapel. Sinds 1795 was hij - met korte onderbrekingen - in diensten van de Pruisische hof. In 1795 werd hij hoornist aan het hof van Prins Frederik Hendrik Lodewijk van Pruisen (een broer van Koning Frederik II van Pruisen), die op het slot Rheinsberg resideerde. Hier leerde hij ook de uitstekende hoornist F. Bötticher kennen en trad met hem solistisch op. In Rheinsberg begon hij zijn compositorisch werk. Met het overleden van de prins op 3 augustus 1802 werd ook de hofkapel opgelost. Vanaf 1803 werkte hij samen met Bötticher als hoornist in de hofkapel in Berlijn. Omdat dit orkest maar liefst 6 weken per jaar speelde had hij veel tijd te componeren en was veel in Breslau, waar zijn echtgenote zangeres aan de opera was.

In 1806 veranderde zich de situatie. In het gevolg van de bezetting van Berlijn door Napoleon Bonaparte kon de Koning Frederik Willem III van Pruisen de salarissen van de leden van zijn kapel niet betalen, omdat hij met de Koningin naar de Memel in Oost-Pruisen gevlucht was. In 1813 was hij op een concertreis in Wenen. Ook in 1813 vertrok hij met zijn familie naar Tallinn, toen: Reval, om - op een advies van August von Kotzebue - directeur van het theater te worden. In deze tijd componeerde hij voor het theater in deze stad. In 1815 kwam hij naar Berlijn terug.

In 1819 werd hij dirigent en directeur van alle muziekkorpsen van de Pruisische Garde. In deze functie bleef hij tot 1838 en daarmee voorganger van Wilhelm Wieprecht. Door advies van Bernhard Anselm Weber werd hij in 1820 tot Koninklijke muziekdirecteur beroepen en in 1825 tot Hofkapelmeester benoemd. In 1833 werd hij als lid van de Pruisische Academie van de Kunsten in Berlijn gekozen.

De dochter Maschinka Schneider was de latere echtgenote van de componist François Schubert (1808-1878) uit Dresden.

Qua stijl is zijn muziek van Joseph Haydn en Wolfgang Amadeus Mozart beïnvloed. Zijn instrument, het hoorn, staat centraal in zijn oeuvre. Hij bestudeert intensief de nieuwe mogelijkheden van het ventiel-hoorn, dat door de instrumenten-bouwers Heinrich Stölzel in Berlijn en Friedrich Blühmel in Pszczyna, toen: Pless, geconstrueerd was. Zijn Concert, voor vier hoorns en orkest uit 1818 was misschien een van de eerste concerten voor dit nieuwe instrument (ventiel-hoorn) überhaupt. Een rariteit zijn de zogenoemde Combinatie-concerten uit 1818. De orkestpartij is bij alle concerten helemaal identiek, maar de desbetreffende solo partij voor hoorn, viool, klarinet, hobo en fagot is iedere keer een andere. Zo ontstonden 5 verschillende solo-concerten.

Composities

Werken voor orkest

  • 1806 Concert Nr. 1 in E groot, voor 3 hoorns en orkest
  • 1809 Concert, voor twee hoorns en orkest
  • 1810 Concert, voor twee hoorns en orkest
  • 1811 Concert, voor twee hoorns en orkest
  • 1811 Concerto, voor dwarsfluit en orkest, op. 53
  • 1818 Concert, voor vier hoorns en orkest
  • 1818 Concert (Combinatie-concert), voor hoorn en orkest
  • 1818 Concert (Combinatie-concert), voor viool en orkest
  • 1818 Concert (Combinatie-concert), voor klarinet en orkest
  • 1818 Concert (Combinatie-concert), voor hobo en orkest
  • 1818 Concert (Combinatie-concert) in F groot, voor fagot en orkest
  • Concerto, voor bassethoorn en orkest
  • Concerto, voor dwarsfluit en orkest, op. 8
  • Concerto Nr. 2 in E groot, voor 3 hoorns en orkest
  • Concertante Nr. 1 in E groot, voor twee hoorns en orkest
  • Concertante Nr. 4 in F groot, voor twee hoorns en orkest
  • Sinfonia concertante in D groot, voor viool, altviool en orkest, op. 19
    1. Allegro
    2. Adagio
    3. Polonese

Werken voor harmonieorkest

  • 1817 Marsch, AM I, 17
  • Harmoniemusik in F groot, voor blazers octet (2 dwarsfluiten, 2 klarinetten, 2 fagotten, 2 hoorns)

Oratoria en cantates

Muziektheater

Opera's

Voltooid in titel aktes première libretto
1817 Hero 1 akte februari 1817, Kassel Karl Alexander Herklots (1759-1830)
1821-1822 Aucassin et Nicolette of
Die Liebe aus der guten alten Zeit
4 aktes 26 februari 1822, Berlijn, Koninklijk operahuis
(nu:Staatsoper Unter den Linden)
Johann Ferdinand Koreff, naar Michel-Ange Sedaine
1824 Die Verschworenen 1 akte Ignaz Franz von Castelli
1826 Das entschlossene Mädchen 3 aktes
1829 Er amüsiert sich doch! 1 akte 16 augustus 1829, Berlijn Louis Schneider (eigentlijk: Ludwig Wilhelm)
onder het pseudoniem Ludwig W. Both
Der Traum
Der Währwolf
Die Orakelspruch

Balletten

Voltooid in titel aktes première libretto choreografie
1821 Aschenbrödel oder das Zauber-Kätzchen 2 aktes uit het Franse "Cendrillon ou la Chatte merveilleuse"
1821 Die Rosenfee 1 akte

Schouwspel

Werken voor koren

  • 1821 Chöre und Gesänge des Volksfestes: der Stralower Fischzug, voor gemengd koor

Kamermuziek

  • 1800 Strijkkwartet, op. 10 Nr. 1
  • 1800 Strijkkwartet, op. 10 Nr. 2
  • 1800 Strijkkwartet, op. 10 Nr. 3
  • 1805 3 kwartetten, voor dwarsfluit, viool, altviool en cello, op. 61
  • 1808 Trois grands Duos, voor twee dwarsfluiten
  • 1809 3 kwartetten, voor dwarsfluit, viool, altviool en cello, op. 52
  • 1813 Fluitkwartet in c klein, voor dwarsfluit, viool, altviool en cello, op. 69
    1. Allegro
    2. Adagio
    3. Finale. Allegro
  • 1813 Fluitkwartet in C groot, voor dwarsfluit, viool, altviool en cello, op. 69
  • 1813 Fluitkwartet in a klein, voor dwarsfluit, viool, altviool en cello, op. 69
  • 1813 Sonatine, voor dwarsfluit en gitaar
  • 1817 3 kwartetten, voor dwarsfluit, viool, altviool en cello, op. 76
  • 1821 Drie concertante duetten, voor twee dwarsfluiten, op. 91
  • 24 Divertissements, voor dwarsfluit solo, op. 45
  • 26 kleine Duette, voor twee diepe instrumenten (fagotten, cello's of contrabassen)
    1. Allegro in G groot
    2. Andante in C groot
    3. Allegro in F groot
    4. Duett zonder betekening in Es groot
    5. Allegretto in F groot
    6. Andante in Bes groot
    7. Presto in D groot
    8. Allegro in c klein
    9. Adagio in As groot
    10. Allegro in Bes groot
    11. Alla Polacca in e klein
    12. Adagio in E groot
    13. Allegro in G groot
    14. Allegro in c klein
    15. Poco Adagio in f klein
    16. Allegretto in F groot
    17. Allegro vivace in C groot
    18. Andante in a klein
    19. Adagio in A groot
    20. Allegro in C groot
    21. Andantino in fis klein
    22. Allegro in Bes groot
    23. Alla Polacca in G groot
    24. Allegretto in a klein
    25. Adagio in f klein
    26. Tempo di Menuetto in F groot
  • 18 Trios, voor drie hoorns, op. 56
  • Drie concertante duetten, voor twee dwarsfluiten, op. 78
  • Duo in D groot, voor altviool en cello, op. 15
  • Duo, voor altviool en viool, op. 30
  • Duo, voor viool en altviool, op. 44 Nr. 1
  • Duo, voor viool en altviool, op. 44 Nr. 2
  • Duo, voor viool en altviool, op. 44 Nr. 3
  • Duo Nr. 1 in Bes groot, voor twee fagotten (of twee cello's)
  • Duo Nr. 2 in C groot, voor twee fagotten (of twee cello's)
  • Duo Nr. 3 in Es groot, voor twee fagotten (of twee cello's)
  • Kwartet, voor fagot, viool, altviool en cello
  • Kwartet Nr. 1 in D groot, voor vier dwarsfluiten
  • Kwartet in F groot, voor vier dwarsfluiten, op. 72
  • Kwartet Nr. 3 in D groot, voor vier dwarsfluiten, op. 80
  • Kwartet in G groot, voor fagot, viool, altviool en cello
  • Kwintet in C groot, voor dwarsfluit, viool, 2 violen en cello, op. 49
  • Sonate in G groot, voor dwarsfluit en piano, op. 33
  • Strijkkwartet, op. 14 Nr. 1
  • Strijkkwartet, op. 14 Nr. 2
  • Strijkkwartet, op. 14 Nr. 3
  • Strijkkwartet, op. 20 Nr. 1
  • Strijkkwartet, op. 20 Nr. 2
  • Strijkkwartet, op. 20 Nr. 3
  • Strijkkwintet, op. 3 Nr. 1
  • Strijkkwintet, op. 3 Nr. 2
  • Strijkkwintet, op. 3 Nr. 3

Publicaties

  • Georg Abraham Schneider: Geschichte der Oper und des königlichen Opernhauses in Berlin

Bibliografie

  • Jozef Robijns, Miep Zijlstra: Algemene muziekencyclopedie, Haarlem: De Haan, (1979)-1984, ISBN 978-90-228-4930-9
  • Andreas Meyer-Hanno: Georg Abraham Schneider (1770-1839) und seine Stellung im Musikleben Berlins. Ein Beitrag zur Musikgeschichte der preußischen Hauptstadt in der ersten Hälfte des 19. Jahrhunderts, in: Berliner Studien zur Musikwissenschaft, Bd. 7, Freie Universitat (Berlin). dissertation, Merseburger Berlijn, 1965, 304 p.
  • T. G. Waidelich: Die Verschwornen, „umsonst komponirt“? Ignaz Franz von Castellis Libretto-Adaption der Lysistrata, vertont von Franz Schubert und Georg Abraham Schneider, in: Schubert-Jahrbuch 1996, (Hg. Klaus-Gotthard Fischer und Christiane Schumann), Kassel 1996, S. 41-60
  • Adolph Goldberg, Karl Ventzke: Komponisten, in: Porträts und Biographien hervorragender Flöten-Virtuosen, -Dilettanten und -Komponisten, Reprint d. Ausg. Berlin 1906, Celle: Moeck Verlag, 1987, 124 p. ISBN 978-3-875-49028-2
  • Joachim Toeche-Mittler: Armeemärsche - I Teil: Eine historische Plauderei zwischen Regimentsmusiken und Trompeterkorps rund um die deutsche Marschmusik, Neckargemond: Kurt Vowinckel Verlag, 1971
  • Joachim Toeche-Mittler: Armeemärsche - II. Teil: Sammlung und Dokumentation: Die Armeemarsch-Sammlung - Die Regimenter mit Angabe ihrer Präsentier- und Parademärsche - Komponisten Lexikon, Neckargemond: Kurt Vowinckel Verlag, 1971
  • Joachim Toeche-Mittler: Armeemärsche - III Teil: die Geschichte unserer Marschmusik, Neckargemond: Kurt Vowinckel Verlag, 1975
  • Gösta Morin, Carl-Allan Moberg, Einar Sundström: Sohlmans musiklexikon - 2. rev. och utvidgade uppl., Stockholm: Sohlman Förlag, 1975-1979, 5 v.
  • Marc Honneger: Dictionnaire de la musique, Paris: Bordas, 1970-76
  • Kenneth Walter Berger: Band encyclopedia, Kent, Ohio: Band Associates, 1960, 604 p.
  • Robert Eitner: Biographisch-bibliographisches Quellen-Lexikon der Musiker und Musikgelehrten Christlicher Zeitrechnung bis Mitte des neunzehnten Jahrhunderts, Graz: Akademische Druck- u. Verlaganstalt, 1959
  • Theodore Baker: Baker's biographical dictionary of musicians - Fourth edition, New York: G. Schirmer, 1940
  • Carlo Schmidl: Dizionario universale dei musicisti, Milan: Sonzogno, 1937, 2V p.
  • Paul Frank, Wilhelm Altmann: Kurzgefasstes Tonkunstler Lexikon : fur Musiker und Freunde der Musik, Regensburg: Gustave Bosse, 1936, 730 p.
  • Edmund Sebastian Joseph van der Straeten: History of the violoncello, the viol da gamba - Their precursors and collateral instruments. With biographies of all the most eminent players of every country, London: William Reeves, 1915
  • James Duff Brown: Biographical dictionary of musicians. With a bibliography of English writings on music, Paisley, Scotland: A. Gardner, 1886, 637 p.
  • Eva Börsch-Supan: Die Bedeutung der Musik im Werke Karl Friedrich Schinkels, in: Zeitschrift für Kunstgeschichte, 34 Bd., H. 4 (1971), pp. 257–295
  • Bonny H. Miller: A mirror of ages past: the publication of music in domestic periodicals, Music Library Association, Inc. Gale Group, Farmington Hills, Michigan, 1994,

Referenties

  1. Publicatie in de Jenaer Allgemeine Literatur-Zeitung van januari 1812
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.