Europees Openbaar Ministerie

Het Europees Openbaar Ministerie (EOM) is een onafhankelijk orgaan van de Europese Unie (EU) dat is ingesteld door 22 van de 27 lidstaten van de EU door middel van de methode van nauwere samenwerking.[1] Het EOM zal gezeteld zijn in Luxemburg naast het Europese Hof van Justitie en de Europese Rekenkamer.[2]

Taak en structuur

De taak van het EOM is het instellen van onderzoek naar, het vervolgen en het voor de rechter brengen van daders van strafbare feiten die de financiële belangen van de Unie schaden. Voorheen waren slechts nationale autoriteiten hiertoe bevoegd. Het EOM zal een gedecentraliseerde organisatie zijn met gedelegeerd Europees aanklagers in elk van de 22 nauwer samenwerkende lidstaten. De Europese hoofdaanklager leidt de organisatie vanuit het centrale kantoor in Luxemburg.

Juridische basis en nauwere samenwerking

Het EOM was reeds voorzien in artikel 86 van het Werkingsverdrag van de Europese Unie dat werd opgenomen met het verdrag van Lissabon.[3] Artikel 86 stelt in verkorte vorm het volgende:

Oprichting

  • De Raad kan op de grondslag van Eurojust volgens een bijzondere wetgevingsprocedure bij verordeningen een Europees openbaar ministerie instellen. De Raad besluit met eenparigheid van stemmen, na goedkeuring door het Europees Parlement.
  • Is er geen eenparigheid, dan kan een groep van ten minste negen lidstaten verzoeken dat het ontwerp van verordening aan de Europese Raad wordt voorgelegd.
  • Binnen dezelfde termijn, in geval van verschil van mening en indien ten minste negen lidstaten een nauwere samenwerking wensen aan te gaan op grond van de betrokken ontwerp-verordening, stellen zij het Europees Parlement, de Raad en de Commissie daarvan in kennis.

Taak

  • Het Europees openbaar ministerie is, in voorkomend geval in samenwerking met Europol, bevoegd voor het opsporen, vervolgen en voor het gerecht brengen van daders van en medeplichtigen aan strafbare feiten die de financiële belangen van de Unie schaden.
  • Het Europees openbaar ministerie is belast met de rechtsvordering voor de bevoegde rechterlijke instanties van de lidstaten in verband met deze strafbare feiten.

Uitbreiding bevoegdheden

  • De Europese Raad kan tegelijkertijd of later een besluit vaststellen teneinde de bevoegdheden van het Europees openbaar ministerie uit te breiden naar de bestrijding van ernstige criminaliteit met een grensoverschrijdende dimensie. De Europese Raad besluit met eenparigheid van stemmen, na goedkeuring door het Europees Parlement en na raadpleging van de Commissie.

De Europese Commissie heeft op 17 juli 2013 een verordening voorgesteld ter oprichting van het EOM.[4] Op 7 februari 2017 concludeerde de Raad echter dat unanimiteit niet bereikt kon worden. Een geamendeerde verordening is op 5 oktober 2017 goedgekeurd door het Europees Parlement en op 12 oktober 2017 werd de verordening definitief goedgekeurd door de 20 deelnemende staten.[1]

Deelnemende lidstaten

Tot op het heden nemen 22 lidstaten van de EU deel aan het EOM door middel van nauwere samenwerking. De originele verordening was goedgekeurd door 20 lidstaten en de overige lidstaten mogen later toetreden, met uitzondering van Denemarken dat een opt-out heeft ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht.[5]

Nadat het kabinet Rutte III aantrad heeft Nederland op 14 mei 2018 formeel aangegeven toe te willen treden tot het EOM. De toetreding van Nederland is goedgekeurd door de Commissie op 1 augustus 2018.[6] Op 14 juni 2018 verzocht Malta de Commissie om toe te mogen treden tot het EOM en dit verzoek is goedgekeurd op 7 augustus 2018.[7] De minister-president van Zweden heeft in een speech in april 2019 gesteld dat hij aan het Zweedse parlement zou voorstellen om toe te treden tot het EOM.[8]

 Deelnemende lidstaten

 Niet-deelnemende lidstaten

Leden

Niet-leden (die op elk moment deel kunnen gaan nemen)

Lidstaat met een opt-out ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht.

Zie ook

Referenties

  1. Verordening 2017/1939. Geraadpleegd op 31 oktober 2019.
  2. (nl) Roemeense Laura Kövesi eerste hoofd Europees OM. www.europa-nu.nl. Geraadpleegd op 2019-10-31.
  3. (nl) EUR-Lex - - NL. Publicatieblad Nr. C 326 van 26/10/2012 blz. 0001 - 0390;. Geraadpleegd op 2019-10-31.
  4. (nl) EUR-Lex - 52013PC0534 - NL. eur-lex.europa.eu. Geraadpleegd op 2019-10-31.
  5. Protocol 22 betreffende de positie van Denemarken. Geraadpleegd op 31 oktober 2019.
  6. Besluit (EU) 2018/1094 van de Commissie. Geraadpleegd op 31 oktober 2019.
  7. Besluit (EU) 2018/1103 van de Commissie. Geraadpleegd op 31 oktober 2019.
  8. Speech by Prime Minister Stefan Lofven in European Parliament 3 april 2019. Geraadpleegd op 31 oktober 2019.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.