Esarhaddon

Esarhaddon ook wel Asarhaddon (Aššur-aḫḫe-iddina) was een koning van Assyrië die erin slaagde zijn broers te verslaan in de strijd om de troon van Assur. In deze strijd om de troonopvolging kreeg hij grote steun van zijn moeder, Naqi'a-Zakutu, de tweede vrouw van koning Sennacherib, die haar eigen zoon aan de macht wilde brengen. In 680 v.Chr. kon hij beginnen aan het oplossen van allerlei conflicten.

Esarhaddon / Aššur-aḫḫe-iddina
Stèle van koning Esarhaddon
(ca. 671 v. Chr.), Pergamon Museum
Koning van Assur
Koning van Babylon
Periode681 - 669 v.Chr.
VoorgangerSanherib
OpvolgerInterregnum
Assurbanipal

Toen Assyrië verrast werd door een plotselinge aanval van de Cimmeriërs van over de Taurus, wist Esarhaddon ze terug te drijven over wat nu de Kizil-Irmak rivier is (679 v.Chr.).

Koning Abdi-Milkuti van Sidon kwam in 677 v.Chr. tegen hem in opstand, maar de stad werd ingenomen en verwoest. De bewoners werden afgevoerd naar Assyrië, Abdi-Milkuti gevangengenomen en het gebied van de stad aan Tyrus - toen een trouwe vazal - gegeven. Omdat hij het gestook van de Egyptenaren zat was, viel hij El Arish aan de noordkust van de Sinaï aan (677 v.Chr.).

Het Assyrische Rijk onder Esarhaddon.

Esarhaddon bleef twee jaar bij het Taurusgebergte vanwege de toestand in het noorden. Daar dreigden de Scythen en Cimmeriërs een inval te doen. Hij versloeg de Scythen die zich hadden verbonden met de Mannaeërs en de Meden (676 v.Chr.). Hij trok op tegen de Filistijnen van Ashkelon, maar kwam oog in oog te staan met de Egyptenaren en moest zich terugtrekken (674 v.Chr.). De vorsten van Cyprus betaalden schatting aan hem en erkenden zijn oppergezag (673 v.Chr.).

Hij riep in 672 v.Chr. zijn jongere zoon Assurbanipal uit tot zijn opvolger in Assur. Zijn oudere zoon, Shamash-shum-ukin, zou dan onderkoning van Babylon worden, met dien verstande dat hij de vazal van zijn jongere broer moest worden. In april 672 v.Chr. waarschuwde de hoofdastroloog Adad-shumu-usur van het Assyrische hof voor de maansverduistering van 15 Tebetu (X) 671[1] die onheil voor Esarhaddon voorspelde. Daarom liet hij zich tijdelijk vervangen door een schijnkoning.

Toen Esarhaddon in Fenicië Kar-Esarhaddon ("haven van Esarhaddon") stichtte als bestuurscentrum voor de nieuwe Assyrische provincie en de Assyriërs hiermee de zeehandel in eigen handen namen, kwam hij terecht in het vaarwater van Tyrus dat steun zocht bij Egypte. Daarom rukte hij op tegen Egypte waar hij Taharqa versloeg en Memphis innam (671 v.Chr.). Kort daarna kwamen de Egyptenaren in opstand en begon Esarhaddon in 669 v.Chr. aan een tweede veldtocht. Tijdens deze tocht zou hij in Egypte overlijden.

Hoe spectaculair zijn daden ook waren, hij bleef een zwak en aarzelend vorst. Herhaaldelijk liet hij de priesters de goden raadplegen en op den duur durfde hij zelf geen beslissingen meer te nemen. Men krijgt de indruk dat deze koning de naderende ondergang van het Assyrische rijk voorvoelde.

Zie de categorie Esarhaddon van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.