Energieakkoord voor duurzame groei

Het Energieakkoord voor duurzame groei, kortweg het Energieakkoord, is een Nederlandse overeenkomst uit 2013 tussen de overheid en ruim veertig organisaties over energiebesparing, duurzame energie en klimaatmaatregelen.

Het doel van de afspraken is een betaalbare en schone energievoorziening verkrijgen. Ook wil men werkgelegenheid scheppen en economische kansen voor Nederland in de schone technologiemarkten benutten. Dit zijn de belangrijkste afspraken[1]:

  • 1.000 extra windmolens.
  • sluiten van vijf Nederlandse kolencentrales die in de jaren tachtig zijn gebouwd. Concreet worden drie kolencentrales (waaronder Kolencentrale Borssele) per 1 januari 2016 gesloten en de laatste twee (Maasvlakte I en II) volgen per 1 juli 2017.
  • In 2020 zal 14% van alle energie duurzaam worden opgewekt. In 2023 moet dat oplopen tot 16%. In de Monitor Wind op Land 2018 bleek echter dat de productiecapaciteit van 6.000 Megawatt (MW) in 2020 – zoals afgesproken in het Energieakkoord – naar verwachting niet volledig zal worden gehaald. [2]
  • Het kabinet investeert € 400 miljoen in de isolatie van huurwoningen.
  • Alle investeringen in duurzame energie en energiebesparing leveren samen 15.000 banen op.
  • Woningeigenaren en (ver)huurders die nog geen energielabel hebben, krijgen vanaf 2015 een voorlopig energielabel.
  • Het kabinet wil dat Europa maatregelen neemt om de emissiehandel van CO2 te verbeteren. In 2050 moet dit leiden tot minstens 80% minder uitstoot.
  • Huiseigenaren kunnen voordelig geld lenen voor energiebesparende maatregelen. Dit geld komt uit een energiebespaarfonds van € 600 miljoen.
  • Wie samen met anderen duurzaam elektriciteit opwekt, betaalt een lager energiebelastingtarief.

Volgens de berekeningen van PBL en ECN kan het Energieakkoord in 2020 leiden tot een maximaal aandeel hernieuwbare energie van 14%. Deze indicatie gaat uit van maximale effectiviteit van de afspraken in het Energieakkoord. Dit is het minimale percentage dat Nederland heeft toegezegd in te zetten op Europees niveau.

Ondertekenaars van het Energieakkoord op 6 september 2013 zijn de Nederlandse overheid, werkgevers, vakbeweging en natuur- en milieuorganisaties. Het akkoord wordt bewaakt door een borgingscommissie met als hoofd Ed Nijpels. In september 2014 bracht de borgingscommissie het statement uit dat er extra inspanningen nodig zijn om het energieakkoord te laten slagen.[3]

Op 1 juli 2015 heeft energiebedrijf Eneco laten weten zijn medewerking te staken aan de uitvoering van het energieakkoord omdat het bedrijf dankzij voorgenomen gedwongen splitsing van energieleverancier en netwerkbedrijf geen geld meer zegt te hebben voor de benodigde investeringen.[4]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.