Carme Riera i Guilera

Carme Riera i Guilera is een schrijfster en hoogleraar afkomstig uit Majorca.[1] Ze schrijft in het Catalaans en doceert Spaanse literatuur aan de Autonome Universiteit Barcelona. Sedert 2012 is ze lid van de Koninklijke Spaanse Academie.

Carme Riera i Guilera
2013 in Parijs op het Salon du Livre
Algemene informatie
Pseudoniem(en)Carme Riera
GeborenPalma (Mallorca),
12 januari 1948
LandBalearen
Spanje
Werk
Jaren actief1975-heden
Genreverhalend proza, essay
Bekende werkenDins el darrer blau
UitgeverijProa
Website
Portaal    Literatuur

Ze werd op 12 januari 1948 in Palma op Majorca geboren. Ze woont en werkt in Barcelona. In 1975 schrijf ze haar eerste verhalenbundel, Te deix, amor, la mar com a penyora (Liefste, ik geef je de zee als onderpand) die meteen een bestseller wordt.[1] Naast literaire werken heeft ze ook erg gewaardeerde studies geschreven over de dichters van de Barcelonese School: Carlos Barral, Jaime Gil de Biedma en José Agustín Goytisolo, verder draaiboeken voor radio en televisie en kinder- en jeugdboeken. Veel van haar eigen werken heeft ze naderhand zelf in het Spaans vertaald.[2] Sedert begin 2014 heeft ze een tweewekelijkse column in de krant La Vanguardia.

Biografie

Haar jeugd brengt ze door in haar geboortestad Palma. Ze heeft familiebanden met ingenieur Eusebi Estada en generaal Valerià Weyler.[3] Nauwelijks acht jaar oud begon ze haar eigen variaties op de sprookjes die haar oma Caterina vertelde te schrijven. In 1965 verhuist ze naar Barcelona waar ze haar studies Spaanse filologie aan de Autonome Universiteit begint. Ze is afgestudeerd in 1970 en spoedig begon ze als docent aan haar alma mater. Ze was actief betrokken in de studentenbeweging tegen de franquistische dictatuur en de Oorlog in Vietnam en militeerde in de opkomende vrouwenbeweging. In die tijd vormde ze haar eigen kijk op de wereld, stelde de gevestigde traditionele waarheden en waarden in vraag in een streven naar een andere maatschappij.[2]

Haar eerste verhalenbundel Te deix, amor, la mar com a penyora, verschenen in 1975 had veel weerklank. Ze schrijft haar erotische fantasieën die lang taboe waren zoals, de liefde tussen vrouwen, in een verfrissende stijl in de Majorcaanse variant van het Catalaans. "Het gekruide proza dat daaruit resulteert is vanwege de humor eerder speels dan losbandig."[4] Dat was na de veertig loden jaren van nationaalkatholieke censuur een literaire revolutie. Ze houdt haar kritische blik, ook op de toenmalige maatschappij. Daarop volgt haar tweede werk, de verhalenbundel Jo pos per testimoni les gavines (Ik neem de meeuwen als getuige) in dezelfde geest.

In 1980 verschijnt haar eerste roman Una primavera per a Domenico Guarini (Een lente voor Domenico Garini). Ze ontwikkelt daarbij eigenzinnig haar eigen stijl: een roman van niveau, die zowel verschillende taalregisters (literaire taal, volkstaal...) als ook de genres (politieroman en essay) vermengt. Die speelse, ironische en ongedwongen omgang met de taal typeert ook volgende werken: Epitelis tendríssims, Qüestió d'amor propi, en Joc de miralls.[2]

Daarna volgen twee historische romans Dins el darrer blau en Cap al cel obert. In beide werken hebben de protagonisten een dubbele majorcaans-joodse identiteit. Dins el darrer blau speelt zich af op het einde van de zeventiende eeuw en beschrijft het verhaal van een groep joden die door de Inquisitie tot de brandstapel veroordeeld worden. Cap al cel obert beschrijft de geschiedenis van enkele nakomelingen van de eerste groep die naar Cuba uitgeweken zijn en zich midden in het conflict tegen de koloniale bezetters bevinden.

Werken

in het Nederlands vertaald
  • Balkons met trieste dromen, vertaling Marga Demmers, 1988, ISBN 9789060127575
  • Tintelingen, vertaling Elly de Vries, 1991, ISBN 9789071035371
in het Catalaans

Een volledige lijst is beschikbaar in het artikel van de Catalaanse wikipedia.

  • La veu de la Sirena (2015): een hedendaagse versie van het bekende sprookje van Hans Christian Andersen, waarin de zeemeermin in eigen naam spreekt, in een versie voor volwassen lezers, anders dan de honingzoete Disney-versie.[5]

Erkenning en prijzen

  • 2014 de prijs voor een literair oeuvre toegekend door de vereniging van de boekhandelaars en uitgevers van Barcelona.[6]
  • Sedert 9 april 2012 is ze volwaardig lid van de Koninklijke Spaanse Academie[6]
  • 2005 Gouden medaille van de Raad van Majorca
  • 2003 Premi Sant Jordi de novel·la met La meitat de l'ànima
  • 2002 Premi Ramon Llull
  • 2001 Premi Nacional de Literatura en Premi de la Crítica Serra d'Or met de roman Cap al cel obert
  • 2000 Creu de Sant Jordi
  • 1994 Premi Josep Pla de narrativa, de Lletra d'or, de Premi Joan Crexells de narrativa en de Premi Nacional de narrativa de les Lletres Espanyoles met Dins el darrer blau
  • 1989 Premi Ramon Llull de novel·la met de roman Joc de Miralls
  • 1980 Premi Prudenci Bertrana de novel·la met de roman 'Una primavera per a Domenico Guarini
This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.