Colony collapse disorder

Colony collapse disorder, in het Nederlands ook wel bijenverdwijnziekte genoemd, is een fenomeen waarbij alle bijen van een bijenvolk plotseling verdwijnen. Het fenomeen kan consequenties hebben voor de voedselproductie omdat de bestuiving van veel landbouwgewassen door de achteruitgang van wilde bijen vooral door honingbijen plaatsvindt.

Een belangrijke oorzaak van bijensterfte in Duitsland is de plaag van de varroamijt (hier op het lichaam van een honingbij)

De term colony collapse disorder werd voor het eerst gebruikt na een grote toename van verdwijningen in Noord-Amerika in 2006. Ook Europese landen, waaronder Nederland en België hebben last van de mysterieuze verdwijning van bijen.

De oorzaak van het verdwijnen van bijen is nog onbekend, maar als mogelijke oorzaken worden genoemd: de varroamijt en de Acarapis-mijt, virussen, aan milieuverandering gerelateerde stress, ondervoeding en bepaalde fungiciden[1][2] en pesticiden[3] (zoals onder meer Fipronil[4]). Ook de combinatie van een virus (IIV) en microsporidia zoals Nosema ceranae worden getipt als mogelijke oorzaak.[5] Daarnaast spelen mogelijk factoren mee waarvan de onderliggende oorzaak nog niet bekend is. Zo is er de ziekte Idiopathic brood disease syndrome, dat larvensterfte veroorzaakt, en zogenoemde queen events, omstandigheden waarbij er geen of een nieuwe, vervangende bijenkoningin in de korf is. Het wordt echter vermoed dat het een combinatie van factoren is die de bijensterfte veroorzaakt.[6]

Ook de straling van mobiele telefoons zou de oorzaak kunnen zijn van de tanende populatie honingbijen. Straling beïnvloedt zowel gedrag als de fysiologie van de bijen.[7]

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.