Bahá'í-kalender

De bahá'í-kalender, ook de badí'-kalender genoemd, gebruikt in het Bahá'í-geloof, is een zonnekalender met regelmatige jaren van 365 dagen (in schrikkeljaren 366 dagen). De jaren zijn samengesteld uit 19 maanden van 19 dagen elk, plus een extra periode van "schrikkeldagen" ("Ayyám-i-Há", 4 in normale jaren en 5 in schrikkeljaren).

De jaren in de kalender beginnen op de lente-equinox (Naw-Rúz, 20 of 21 maart)[1][2] en de laatste maand is de vastenmaand.

De jaren worden geteld met de datumaanduiding “B.E.” (Bahá'í Era), met 21 maart 1844 als eerste dag van het eerste jaar.[3] De periode vanaf 20 maart 2020 tot 19 maart 2021 is jaar 177 BE.

Geschiedenis

De bahá'í-kalender begon als de oorspronkelijke badí’-kalender, die door de Báb is ontworpen. Bahá'u'lláh keurde deze kalender goed, maakte Naw-Rúz (bahá’í-nieuwjaar) de eerste dag van het jaar en gaf ook de schrikkeldagen een vaste plaats.

Maanden

De namen van de bahá’í-maanden reflecteren eigenschappen van God. Op de eerste dag van iedere maand vindt lokaal het Negentiendaagsfeest plaats.

Arabische naamArabisch schriftVertalingGregoriaanse data (als Naw-Rúz op 21 maart valt)[2]
Bahá’بهاءPracht21 maart - 8 april
JalálجلالHeerlijkheid9 april - 27 april
JamálجمالSchoonheid28 april - 16 mei
‘AẓamatعظمةGrootheid17 mei - 4 juni
NúrنورLicht5 juni - 23 juni
RaḥmatرحمةBarmhartigheid24 juni - 12 juli
KalimátكلماتWoorden13 juli - 31 juli
KamálكمالVolmaaktheid1 augustus - 19 augustus
Asmá’اسماءNamen20 augustus - 7 september
‘IzzatعزةMacht8 september - 26 september
MashíyyatمشيةWil27 september - 15 oktober
‘Ilm علمKennis16 oktober - 3 november
QudratقدرةKracht4 november - 22 november
QawlقولSpraak23 november - 11 december
Masá’ilمسائلVragen12 december - 30 december
SharafشرفEer31 december - 18 januari
SulṭánسلطانSoevereiniteit19 januari - 6 februari
MulkملكHeerschappij7 februari - 25 februari
Ayyám-i-Há'ايام الهاءSchrikkeldagen26 februari - 1 maart
‘Alá’علاءVerhevenheid2 maart - 20 maart (vastenmaand)

Heilige dagen

Er zijn elf heilige dagen in de Bahá'í-kalender, op negen ervan wordt niet gewerkt. Het Feest van Ridván, een twaalfdaags feest herdenkt Bahá'u'lláhs aankondiging van zijn missie en is het heiligste bahá'í-feest en wordt het "Grootste Feest" genoemd.

NaamGregoriaanse data[2]
Naw-Rúz (bahá’í-nieuwjaar)20 of 21 maart
Eerste dag van Riḍván20 of 21 april
Negende dag van Riḍván28 of 29 april
Twaalfde dag van Riḍván1 of 2 mei
Verkondiging van de Báb22 of 23 mei
Heengaan van Bahá'u'lláh28 of 29 mei
Marteldood van de Báb8 of 9 juli
Geboortedag van de BábEerste van de Tweeling Heilige dagen; gevierd op de eerste dag na de achtste nieuwe maan na Naw-Rúz; half oktober tot half november
Geboortedag van Bahá'u'lláhTweede van de Tweeling Heilige dagen; gevierd op de tweede dag na de achtste nieuwe maan na Naw-Rúz; half oktober tot half november

Andere bijzondere dagen

NameGregoriaanse data[2]
Dag van het Verbond25 of 26 november
Heengaan van 'Abdu'l-Bahá27 of 28 november

Noten

Bronnen

Verder lezen

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.