Anna Catharina Emmerich

Anna Catharina Emmerich[noot 1] (Coesfeld, 8 september 1774 - Dülmen, 9 februari 1824) was een Duitse augustines en mystica. Zij is vooral bekend vanwege haar visioenen over het lijden van Jezus Christus en de boeken die de dichter Clemens Brentano over haar schreef. Zij werd in 2004 door paus Johannes Paulus II zalig verklaard.

Anna Catharina Emmerich
19e eeuw
Geboren8 september 1774 te Coesfeld
Gestorven9 februari 1824 te Dülmen
Zaligverklaring3 oktober 2004 te Vaticaanstad door Paus Johannes Paulus II
SchrijnHeilig Kruiskerk te Dülmen
Naamdag9 februari
Controverseantisemitische geschriften
Lijst van christelijke heiligen
Portaal    Christendom

Biografie

Emmerich werd geboren in Flamschen, een buurtschap in Coesfeld (Westfalen), als dochter van de wever en keuterboer Bernhard Emmerich en zijn vrouw Anna Hillers. In 1802 trad ze in het augustijnenklooster Agnetenberg in Dülmen. Na de opheffing van dit klooster in 1812 op bevel van Jérôme Bonaparte, op dat moment koning van Westfalen, woonde ze in bij een weduwe. Ze had een zwakke gezondheid die door streng vasten verder was ondermijnd en was vanaf 1813 bedlegerig.

Rond deze tijd ontwikkelden zich bij haar bloedende stigmata: wonden op de plekken waar volgens de bijbel het lichaam van Jezus tijdens de kruisiging was verwond. Een onderzoek door de kerkelijke autoriteiten kon geen fraude ontdekken en concludeerde dat het hier om een authentiek wonder ging. Mede als gevolg hiervan werd Emmerich bekend en door velen vereerd om haar vroomheid. Al tijdens haar leven werd het aan haar interventie toegeschreven dat gebeden waren verhoord.[1][2] De aandacht voor Emmerich was een doorn in het oog van de overheid die de invloed van de kerk wilde beperken. Een staatscommissie onder leiding van Clemens von Bönninghausen concludeerde in 1819 dat er wel een natuurlijke oorzaak was voor de stigmata.[3]

Emmerich had visioenen over het leven en het lijden van Jezus en het leven van Maria die ze op verzoek van haar biechtvader Bernard Overberg deelde met de bekende dichter Clemens Brentano. Hij publiceerde drie boeken over de visioenen van Emmerich en de gesprekken die hij met haar had: Das bittere Leiden unsers Herrn Jesu Christi (1833), Das Leben der heiligen Jungfrau Maria (1852) en Das Leben unseres Herrn und Heilandes Jesu Christi (1860). De boeken van Brentano werden in meerdere talen vertaald en hebben veel bijgedragen aan de bekendheid en reputatie van Anna Catharina Emmerich. Er bestaan echter twijfels of de weergave van Brentano volledig waarheidsgetrouw is. Er is een vermoeden dat hij al dan niet met opzet zijn eigen ideeën heeft verwerkt in de woorden en visioenen die hij aan Emmerich toeschrijft.[2]

Zaligverklaring en nagedachtenis

Emmerich overleed in 1824. In 1897 werd het proces van haar zaligverklaring gestart; zij werd in 2004 door paus Johannes Paulus II zalig verklaard. Mede door het werk van Brentano leeft zij in de herinnering voort. De plaatsen waar Emmerich heeft geleefd worden nog steeds door gelovigen bezocht.[4] In Coesfeld is een kerk naar haar genoemd. Het graf van Emmerich bevindt zich in de Heilig Kruiskerk in Dülmen. In deze kerk is ook de sterfkamer van Emmerich gereconstrueerd, daarvoor zijn de oorspronkelijke meubelen gebruikt.

De filmmaker Mel Gibson baseerde zijn film The Passion of the Christ (2004) deels op de visioenen van Emmerich zoals vastgelegd door Brentano. Zowel Gibson als Emmerich kreeg het verwijt antisemitisme in de hand te werken door de Joden aan te wijzen als degenen die verantwoordelijk waren voor de kruisiging van Christus.[5][6]

Externe bron

This article is issued from Wikipedia. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.