< Oudgrieks < Blok 1

--Inleiding--


--Basiscursus--

  1. Inleiding
  2. Een korte geschiedenis
    1. De Donkere Eeuwen
    2. Een bloei van beschaving
    3. Oorlogen en conflicten
    4. De Klassieke Periode
    5. Alexander de Grote en de Hellenistische Periode
  3. Blok 1
  4. Blok 2
  5. Blok 3
  6. Blok 4
  7. Blok 5
  8. Blok 6
  9. Samenvatting
  10. Afsluiting


--Taaloverzicht--

  1. Klankleer
    1. Alfabet
  2. Vormleer
    1. Lidwoorden
    2. Zelfstandige naamwoorden
    3. Adjectieven
    4. Bijvoeglijke naamwoorden
    5. Werkwoorden
    6. Voornaamwoorden
    7. Bijwoorden
    8. Telwoorden
  3. Syntaxis
    1. De zin


--Woordenlijst--



WSBN nl-4-42-422-00001

Attica is een streek in Griekenland
en in Attica is (er) een stad:
de mensen noemen de stad Athene.
Athene heeft een haven,
en de matrozen noemen (hem) Piraeus.


De matrozen zijn in het schip
en eerst vaart het schip niet,
maar vervolgens maakt een matroos het schip los.
Het schip vaart weg naar de zee.


De twee mensen zijn in de haven.
Ze zien het schip*.
Vervolgens gaan de mensen naar de stad.

  • ook goed is: Ze kijken naar het schip.


This article is issued from Wikibooks. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.