zoomden

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zoom·den

Werkwoord

vervoeging van
zomen

zoomden

  1. meervoud verleden tijd van zomen
    • Wij zoomden. 
    • Jullie zoomden. 
    • Zij zoomden. 

Werkwoord

vervoeging van
zoomen

zoomden

  1. meervoud verleden tijd van zoomen
    • Wij zoomden. 
    • Jullie zoomden. 
    • Zij zoomden. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.