zondenloos
Nederlands
Woordafbreking
- zon·den·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | zondenloos | zondenlozer | zondenloost |
verbogen | zondenloze | zondenlozere | zondenlooste |
partitief | zondenloos | zondenlozers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
zondenloos
- verouderde spelling of vorm van zondeloos van vóór 2006
- Als toch het zondenloos paradijs aan den vijand Gods verloren ging, hoe zal het tweede, waarin de zonde begrepen is, behouden blijven! [1]
Gangbaarheid
- Het woord 'zondenloos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- Anema, S. De Aetiopische. (1953) Aalten, De Graafschap; p. 257; geraadpleegd 2016-04-15
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.