zingend
Nederlands
Woordafbreking
- zinĀ·gend
Werkwoord
vervoeging van |
---|
zingen |
zingend
- onvoltooid deelwoord van zingen
stellend | |
---|---|
onverbogen | zingend |
verbogen | zingende |
partitief | zingends |
Bijvoeglijk naamwoord
zingend
- bezig zijn met te zingen
- - Met veel plezier deed de zingende bouwvakker zijn werk.
- - Hij deed een optreden met de zingende zaag.
Gangbaarheid
- Het woord zingend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.