wimpelen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wim·pe·len
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wimpelen
wimpelde
gewimpeld
zwak -d volledig

Werkwoord

wimpelen [1] [2] [3] [4]

  1. heen en weer waaien, wapperen, fladderen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • wimpeldrager, wimpelvis

Gangbaarheid

  • Het woord wimpelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.