wikken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wik·ken
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘wegen, overwegen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1401 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
wikken
wikte
gewikt
zwak -t volledig

Werkwoord

wikken

  1. (verouderd) op de hand wegen
    • Wik eens welke de zwaarste is. (1811) [2]. 
  1. afwegen in de zin van tobben, overdenken
    • De mens wikt maar God beschikt. 
    • Al dat wikken en wegen heeft toch zin, ik zie wel. 
Uitdrukkingen en gezegden
  • Wikken en wegen.
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

wikken mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord wik

Gangbaarheid

  • Het woord wikken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.