ween

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ween

Werkwoord

vervoeging van
wenen

ween

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wenen
    • Ik ween. 
  2. gebiedende wijs van wenen
    • Ween! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van wenen
    • Ween je? 

Gangbaarheid

  • Het woord ween staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
78 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.