vermorzelt
Nederlands
Woordafbreking
- verĀ·morĀ·zelt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vermorzelen |
vermorzelt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermorzelen
- Jij vermorzelt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vermorzelen
- Hij vermorzelt.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van vermorzelen
- Vermorzelt!
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.