verenging

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·en·ging
Woordherkomst en -opbouw
  • naamwoord van handeling verengen met het achtervoegsel -ing
enkelvoud meervoud
naamwoord verenging verengingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

verenging v [1]

  1. het verengen
    • U verlaat Brussel om een lokaal mandaat op nemen. Vreest u geen verenging van uw blikveld? [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord verenging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
85 %van de Nederlanders;
91 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.