vereffende

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ef·fen·de

Werkwoord

vervoeging van
vereffenen

vereffende

  1. enkelvoud verleden tijd van vereffenen
    • Ik vereffende. 
    • Jij vereffende. 
    • Hij, zij, het vereffende. 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.