trad binnen
Nederlands
Woordafbreking
- trad bin·nen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
binnentreden |
trad (...) binnen
- enkelvoud verleden tijd van binnentreden
- Ik trad binnen.
- Jij trad binnen.
- Hij, zij, het trad binnen.
- Ik trad binnen.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.