timmert dicht
Nederlands
Woordafbreking
- tim·mert dicht
Woordherkomst en -opbouw
- uit timmert (werkwoord) en dicht (bijvoeglijk naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dichttimmeren |
timmert (…) dicht
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttimmeren
- Jij timmert dicht.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichttimmeren
- Hij timmert dicht.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van dichttimmeren
- Timmert dicht!
Gangbaarheid
- Het woord timmert dicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.