tendentieus

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ten·den·ti·eus
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘met vooropgezette bedoeling’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1929 [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen tendentieustendentieuzertendentieust
verbogen tendentieuzetendentieuzeretendentieuste
partitief tendentieustendentieuzers-

Bijvoeglijk naamwoord

tendentieus

  1. gekleurd door bijbedoelingen
    • Dat hele stuk berichtgeving over de Ierse financiën is tendentieus. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord tendentieus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
91 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.