telewerk
Nederlands
Woordafbreking
- te·le·werk
Werkwoord
vervoeging van |
---|
telewerken |
telewerk
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van telewerken
- Ik telewerk.
- gebiedende wijs van telewerken
- Telewerk!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van telewerken
- Telewerk je?
Gangbaarheid
- Het woord telewerk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'telewerk' herkend door:
93 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.