tatoeëer

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·toe·eer

Werkwoord

vervoeging van
tatoeëren

tatoeëer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tatoeëren
    • Ik tatoeëer. 
  2. gebiedende wijs van tatoeëren
    • Tatoeëer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tatoeëren
    • Tatoeëer je? 
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.