tampon

Nederlands

tampon
Uitspraak
Woordafbreking
  • tam·pon
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘wattenprop’ voor het eerst aangetroffen in 1920 [1]
  • naamwoord van handeling pamponeren [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord tampon tampons
verkleinwoord tamponnetje tamponnetjes

Zelfstandig naamwoord

tampon m

  1. rolletje watten gebruikt voor het opvangen van (menstruatie)bloed
    • De vrouw had haar tampons vergeten mee te nemen. 
    • In New York werd afgelopen oktober een vrouwenhonk geopend. The Wing, opgericht door onder meer Lena Dunham, is een social club en werkplek ineen. Momenteel zijn er 250 leden, en staan er tenminste 1.300 vrouwen op de wachtlijst. ‘Geboren uit de overtuiging dat magie ontstaat wanneer vrouwen samenkomen’, is het motto van het bedrijf. Dat ‘voor vrouwen, door vrouwen’-principe is tot in detail uitgevoerd: zo staan er in de op kleur gesorteerde boekenkast alleen titels die over vrouwen gaan, of door vrouwen geschreven zijn. De hapjes zijn van het plaatselijke restaurant Dimes, geleid door vrouwen. De tampons komen van een vrouwenstart-up. [3] 
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord tampon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.