stribbelde tegen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • strib·bel·de te·gen
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
tegenstribbelen

stribbelde tegen

  1. enkelvoud verleden tijd van tegenstribbelen
    • Ik stribbelde tegen. 
    • Jij stribbelde tegen. 
    • Hij, zij, het stribbelde tegen. 

Gangbaarheid

  • Het woord stribbelde tegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.