stookkasje

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
  • stook·kas·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

stookkasje o

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord stookkas
    • Het stookkasje dient voor het kweken van plantmateriaal, o.a. meloen-, komkommer- en tomatenplanten en gedurende de laatste jaren ook tabaksplanten. [1]

Gangbaarheid
  • Het woord 'stookkasje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen
  1. Bakker, G. de "Resultaten van „Zeeland's Proeftuin" te Wilhelminadorp over de jaren 1927-1943" (1947) Van Liere & Korstanje, v.h. Kleeuwens & Zoon, Goes; p. 17; geraadpleegd 2018-09-29
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.