snoot
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- snoot
Werkwoord
vervoeging van |
---|
snuiten |
snoot
- enkelvoud verleden tijd van snuiten
- Ik snoot.
- Jij snoot.
- Hij, zij, het snoot.
- Ik snoot.
Gangbaarheid
- Het woord snoot staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'snoot' herkend door:
61 % | van de Nederlanders; |
47 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.