slash

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • slash
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘nevenschikkend voegwoord: of’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1999 [1]
  • Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘typografisch teken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1992 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord slash slashes
verkleinwoord slashje slashjes

Zelfstandig naamwoord

slash m

  1. een schuine streep.
    • Op het toetsenbord staat een slash. 

Gangbaarheid

  • Het woord slash staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
76 %van de Nederlanders;
78 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.