schrikbarend
Nederlands
Woordafbreking
- schrik·ba·rend
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schrik en barend ww [1][2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | schrikbarend | schrikbarender | schrikbarendst |
verbogen | schrikbarende | schrikbarendere | schrikbarendste |
partitief | schrikbarends | schrikbarenders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
schrikbarend
- om bang van te worden
- (…) iedereen die de dood voor ogen heeft vindt hem schrikbarend. [3]
Bijwoord
schrikbarend
- in zeer hoge mate (drukt een onprettige schok uit, wat soms voor een ironisch effect gebruikt wordt)
- (…) jammer is het wel dat de uitvoering ervan zo schrikbarend suf moet zijn. [4]
Gangbaarheid
- Het woord schrikbarend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'schrikbarend' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
96 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- schrikbarend op website: Etymologiebank.nl
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- La Rochefoucauld aangehaald in: Peereboom, J.J. "Over La Rochefoucauld. Inzicht per regel" in: Hollands Maandblad. 649 jrg. 43 nr. 12 (december 2001) Stichting Hollands Maandblad / Uitgeverij L.J. Veen, Amsterdam; p. 7; geraadpleegd 2016-05-03
- Dekker, R. "Ministeck" in: Passionate. jrg. 7 nr. 2 (maart/april 2000) Stichting Passionate, Rotterdam; p. 7; geraadpleegd 2016-05-03
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.