schotelt
Nederlands
Woordafbreking
- scho·telt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
schotelen |
schotelt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schotelen
- Jij schotelt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schotelen
- Hij schotelt.
- verouderde gebiedende wijs meervoud van schotelen
- Schotelt!
Gangbaarheid
- Het woord schotelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.