sauzen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sau·zen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
sauzen
sausde
gesausd
zwak -d volledig

Werkwoord

sauzen

  1. overgankelijk een plafond of wand voorzien van een laag, gewoonlijk witte, muurverf
    • We hebben het plafond gisteren gesausd. 

Zelfstandig naamwoord

sauzen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord saus
Hyponiemen
  • biefstuksauzen
  • bloemkoolsauzen
  • bordeauxsauzen
  • bosbessensauzen
  • broodsauzen
  • carpacciosauzen
  • cocktailsauzen
  • cognacsauzen
  • crèmesauzen
  • champagnesauzen
  • champignonsauzen
  • chateaubriandsauzen
  • dipsauzen
  • dragonsauzen
  • fonduesauzen
  • frambozensauzen
  • garnalensauzen
  • gorgonzolasauzen
  • hazelnotensauzen
  • karamelsauzen
  • ketchupsauzen
  • knoflooksauzen
  • mandarijnsauzen
  • maïssauzen
  • mergsauzen
  • mierikswortelsauzen
  • mosselsauzen
  • mousselinesauzen
  • notensauzen
  • olijvensauzen
  • paddenstoelensauzen
  • paprikasauzen
  • peterseliesauzen
  • portsauzen
  • pruimensauzen
  • roquefortsauzen
  • rozijnensauzen
  • saffraansauzen
  • sardinesauzen

Gangbaarheid

  • Het woord sauzen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.