rumoeren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ru·moe·ren

Zelfstandig naamwoord

rumoeren mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord rumoer

Gangbaarheid

  • Het woord rumoeren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
85 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.