rubriek
Nederlands
Woordafbreking
- ru·briek
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘opschrift’ voor het eerst aangetroffen in 1599 [1]
- van het Latijn rubrica = rode aarde of rode kleurstof
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rubriek | rubrieken |
verkleinwoord | rubriekje | rubriekjes |
Zelfstandig naamwoord
rubriek v
- deel van een boek, krant of tijdschrift
- Rubriceren is iets of iemand in een rubriek, categorie of klasse onderbrengen of verdelen, groeperen, classificeren.
Gangbaarheid
- Het woord rubriek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'rubriek' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.