rochel

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ro·chel

Werkwoord

vervoeging van
rochelen

rochel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rochelen
    • Ik rochel. 
  2. gebiedende wijs van rochelen
    • Rochel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rochelen
    • Rochel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord rochel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
95 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.