ritselen
Nederlands
Woordafbreking
- rit·se·len
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘een zacht, onregelmatig geluid maken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1644 [1] [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
ritselen |
ritselde |
geritseld |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
ritselen [3]
- absoluut een zacht ruisend geluid doen horen
- overgankelijk (informeel) op informele wijze regelen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord ritselen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'ritselen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.